Solidariteitsoproepen

slachtoffer RP oranje sjaal

Dit is Asha Khatun. Asha werkte zes maanden in één van de fabrieken van het Rana Plaza complex toen het gebouw instortte. Ze werkte dagelijks van 8 uur 's morgens tot 9 à 10 uur 's avonds. Ze verdiende ongeveer 30 euro per maand, maar door haar overuren kon ze haar loon verdubbelen tot 65 euro per maand. Op de ochtend van de instorting was Asha te bang om naar binnen te gaan. De arbeiders wisten dat er scheuren zaten in de muren en de fundering, maar de manager dreigde hun maandloon af te pakken als ze niet werkten die dag.

Kort nadat Asha binnengegaan was, begon het gebouw te schudden. Toen het gebouw instortte, vielen rondom haar vrouwen op de grond, bedolven onder de brokstukken. Asha herinnert zich dat ze haar tante zag, dood. Toen ze een steen op haar hoofd kreeg werd alles zwart. 

Asha was de kostwinner van de familie. Nu moeten haar vader, moeder en zusje elke dag vechten om te overleven. Asha heeft een financiële compensatie gekregen, maar dat was alleen genoeg om haar medische kosten te dekken. Twee jaar na de ramp kan Asha nog steeds niet goed eten, en ze heeft pijn aan haar rug en haar borst. Ze is te zwak om lang recht te staan en ze komt niet meer buiten. "Ik heb het gevoel dat ik leef als iemand die dood is. Het was beter geweest als ik ook gestorven was, dan was ik mijn familie niet tot last geweest." 

Lies hier meer getuigenissen van slachtoffers (in het Engels).

Foto: Clean Clothes Campaign

 

 

 

skc01