Geen artikelen direct in deze categorie plaatsen!
De kledingindustrie is een schoolvoorbeeld van mondialisering. Onze kleren zijn echte wereldproducten: gemaakt aan de ene kant en gekocht aan de andere kant van de wereld. Zowel de leveranciers als de winkels van de kledingketens zijn verspreid over de hele wereld.
In de tweede helft van vorige eeuw begon de verhuizing van de productie vanuit West-Europa en de VS naar ontwikkelingslanden. Voor West-Europa werden eerst landen in het Verre Oosten (Zuid-Korea, Hongkong, Taiwan,...) en Noord-Afrika populair. Toen daar de lonen stegen, volgde een nieuwe verplaatsing van de productie naar landen als Thailand, de Filippijnen, Bangladesh, India en Sri Lanka, landen waar nog veel geproduceerd wordt. Nog recentere productiecentra zijn Cambodja, Birma, Vietnam en China. Ook Oost-Europa is sinds een paar decennia een belangrijk kleding producerend gebied. De lonen zijn weliswaar hoger dan in Azië, maar de lagere transportkosten maakt deze regio toch aantrekkelijk, vooral voor de zogenaamde kortelijnsmode. Ook in Afrika vindt kledingproductie plaats voor de Europese markt, bijvoorbeeld in Mauritius, Madagaskar en Zimbabwe. In Midden-Amerika wordt vooral voor de Amerikaanse markt geproduceerd. Een deel van de productie is in West Europa gebleven, met name in ateliers in de grote steden en thuiswerksters in Zuid-Europese landen (Italië, Spanje, Portugal).
De kledingketens (C&A, H&M, Zara,...) en de merken (Nike, Levi Strauss, ...) bepalen waar en aan welke prijs kleding gemaakt wordt. De fabrieken waar de kleren gemaakt worden, zijn zelden eigendom van de kledingketens of merken. De productie wordt uitbesteed aan leveranciers. Zo worden risico's afgewenteld en concentreren de ketens zich op het stukje waar de hoogste winsten behaald worden: de verkoop in de eigen distributieketen. De verkoop van merkkleding, zoals jeans, vindt vooral in winkels van anderen plaats, al zijn er soms ook eigen verkooppunten. Maar het onderscheid tussen kledingketens en -merken wordt steeds vager. In de sportgoederenindustrie vinden we vooral grote merken: giganten Nike, Adidas, Reebok en Puma. Omdat de kledingindustrie geen grote kapitaalinvestering vereist – met naaimachines kom je al een heel eind – is het relatief makkelijk om de productie te verplaatsen. Door snelle communicatie- en transportmogelijkheden kan die in principe over de hele wereld verplaatst worden. Westerse bedrijven zijn steeds op zoek naar plekken die het beste aan hun eisen voldoen: lage lonen zijn een zeer aantrekkelijke factor, maar ook goede infrastructuur, belastingvoordelen, gunstige in- en exportvoorwaarden, een overheid die de naleving van arbeids- en milieuwetgeving niet al te strikt controleert.
Kledingarbeiders in Bangladesh moeten enorm lange uren werken voor een niet-leefbaar minimumloon in vaak uiterst onveilige gebouwen. Cambodjaanse kledingarbeiders worden geconfronteerd met harde repressie als ze staken voor een verhoging van het minimumloon. Hun vakbondsleiders worden in de gevangenis gegooid. Roemeense arbeidsters die H&M kleren maken verdienen een loon dat ver beneden het bestaansminimum ligt. Dit zijn slechts een paar voorbeelden. Wij kennen deze gevallen omdat we contacten hebben met vakbonden of vrouwenorganisaties ter plekke, of omdat de SKC of andere campagnes onderzoek doen. Hoe meer contacten en hoe meer onderzoek, hoe meer van dit soort verhalen bekend worden. Alle ketens van de Belgische markt zijn er bij betrokken. Het is de normale praktijk.
De wereldwijde concurrentie tussen bedrijven uit zeer sterk verschillende landen in Noord en Zuid heeft geen gunstig effect op de arbeidsomstandigheden. In veel derdewereldlanden (Bangladesh, India, Cambodja, Sri Lanka,...) blijven de lonen in de kledingindustrie uiterst laag. Werkweken van 70 uur zijn geen uitzondering en inbreuken tegen vakbondsvrijheid zijn frequent. Ook kinder- en dwangarbeid komen in de kledingindustrie voor. Daarnaast wordt veel gewerkt in informele circuits, zoals niet-gereglementeerd thuiswerk en productie in illegale ateliers. Het aandeel van vrouwelijke werknemers in de kledingindustrie blijft zeer groot: ca 75% van de arbeidskrachten. Ze worden vooreerst gediscrimineerd omdat ze het grootste aandeel vormen van de arbeidskrachten in een sector met de laagste lonen, langste werkdagen, met weinig perspectief op promotie of opleiding, in een precair statuut. Ze worden daarnaast ook nog gediscrimineerd t.o.v. mannen wat betreft hun loon, de toegang tot bepaalde functies en omdat ze vaak het slachtoffer zijn van seksueel geweld. In de informele sector ziet de situatie er niet beter uit.
De Schone Kleren Campagne is in 1989 ontstaan in Nederland als een consumentencampagne die actie voert voor betere arbeidsomstandigheden in de kledingindustrie wereldwijd. Momenteel loopt de campagne in 16 Europese landen. De nationale campagnes zijn autonoom en bestaan uit samenwerkingsverbanden van vakbonden, vrouwen- , jongeren- , consumenten- en derdewereldorganisaties. In totaal meer dan 200 organisaties. In België zijn er twee campagnes: de Nederlandstalige Schone Kleren Campagne en de Franstalige AchAct. De coördinatie van de Europese campagnes en het internationale netwerk verloopt via het secretariaat van de Clean Clothes Campaign in Amsterdam.
De Schone Kleren Campagne is actief op vier terreinen. Vooreerst willen we de consumenten bewust maken van de omstandigheden waarin kleding gemaakt wordt en willen we hen de mogelijkheid bieden om actie te voeren. Daarnaast oefenen we druk uit op kledingbedrijven opdat ze werk zouden maken van hun maatschappelijke verantwoordelijkheid. We voeren actie én gaan in dialoog: aanklagen via de publicatie van onthullende dossiers; maar ook in dialoog gaan met bedrijven om hen ervan te overtuigen een gedragscode aan te nemen of aan te sluiten bij een multistakeholderinitiatief. Ten derde steunen we werknemers tijdens arbeidsconflicten door internationale solidariteitsoproepen te beantwoorden met protestbrieven aan directies of overheden. En ten slotte neemt de Schone Kleren Campagne ook deel aan het politieke debat over arbeidsnormen, gedragscodes, labels... op zowel Belgisch, Europees en internationaal vlak.
We richten ons niet alleen tot de gewone kledingconsument. In de twee campagnes 'Schone Kleren op het Werk' en 'Schone Kleren in de Gemeente' willen we vakbondsleden en politieke mandatarissen ertoe aanzetten om te bekomen dat hun bedrijf of gemeente bij aanbesteding van werkkleding naast de prijs ook sociale criteria hanteert.
We willen op een positieve manier actie voeren en willen dus geen boycot van één bepaald merk of keten. We willen kledingketens onder druk zetten om hun maatschappelijke verantwoordelijkheid op te nemen. Namen noemen van bedrijven blijkt evenwel nodig te zijn om resultaten te bereiken. Met massale acties (actiekaarten, petities, vignetten, …) zijn we erin geslaagd grote bedrijven een duw in de rug te geven. Ludieke media-acties op marktpleinen en in winkelstraten vonden brede weerklank in de media. Veel BV's uit de politieke, sport- en cultuurwereld hebben aan één of andere actie meegedaan. En belangrijk is ook de medewerking van vakbondsmilitanten en winkelpersoneel die in het bedrijf waar ze werken, de campagne op verschillende manieren steunen.
Iedereen draagt kleren. Het is dus een concreet en herkenbaar thema waar mensen zich persoonlijk bij betrokken voelen. Met laagdrempelige, ludieke acties kunnen we de mogelijkheid bieden om iets te doen, eerder dan ons machteloos te voelen. Van geweld of een boycot is geen sprake. We gaan verder dan aanklagen, we doen constructieve voorstellen aan de bedrijven. We halen onze sterkte uit de intensieve samenwerking met een grote diversiteit aan organisaties in Noord en Zuid en een effectieve communicatie om informatie uit te wisselen over bedrijven, acties en solidariteitsoproepen.
Toen de Schone Kleren Campagne 25 jaar geleden startte – eerst in Nederland en de jaren daarna in meerdere landen – was het hoofddoel om de kledingmultinationals zo ver te krijgen dat ze hun verantwoordelijkheid voor de arbeidsomstandigheden in de hele uitbestedingsketen zouden aanvaarden. Eerst werd vooral actie gevoerd rond concrete cases en bedrijven. Later wilden we een meer structureel kader om bedrijven ertoe te brengen om schendingen te voorkomen door een consequent en effectief beleid te voeren. Zo kwam, na 2 jaar overleg, in samenwerking met het Aziatische netwerk en de internationale vakbondsfederaties, de Schone Kleren Gedragscode ('Model code for the apparel industry including sportswear') tot stand. Van bedrijven aan de top van de productieketen wordt vereist dat ze een reeks IAO-conventies naleven en die naleving garanderen in de hele onderaannemingsketen. Het gaat om volgende basisrechten: het recht op organisatie en collectieve onderhandelingen, geen dwangarbeid, geen kinderarbeid, geen discriminatie, maximum aantal werkuren per week, veiligheid en gezondheid, een leefbaar loon, een duidelijk arbeidsstatuut. De leveranciers moeten eveneens gecontroleerd worden door een onafhankelijke instantie die hiervoor speciaal opgericht wordt en waar vakbonden en NGO's in vertegenwoordigd zijn.
Na een controle van een fabriek kinderen ontslaan, is geen goeie oplossing. Daarmee is de oorzaak van het probleem niet aangepakt. Het gevolg is vaak dat ze ergens anders aan de slag gaan om geld te verdienen, dikwijls onder slechtere omstandigheden, bijv. in de bouw. In de Schone Kleren gedragscode hebben we daarom aparte procedures rond kinderarbeid: vooreerst mag het aantal kinderen werkzaam in een fabriek niet toenemen. Vervolgens moeten de kinderen minder uren werken met behoud van hun loon, zodat ze naar school kunnen gaan. Dat heeft natuurlijk alleen maar zin als er dan ook voorzieningen voor onderwijs getroffen worden. Uiteindelijk moeten werkende kinderen vervangen worden door volwassenen, zo mogelijk is uit hetzelfde gezin.
Het wettelijk minimumloon ligt meestal ver beneden het bestaansminimum en is dus geen leefbaar loon. Soms zijn er cijfers van een nationaal bureau voor statistiek dat berekeningen maakt van de armoedegrens. Er wordt dan uitgegaan van een bepaalde 'boodschappenmand' met basisbehoeften voor een familie. Ook de Verenigde Naties maken zulke berekeningen. De SKC heeft gekozen voor de Asian Floor Wage – een berekeningsmethode van het leefbaar loon in Aziatische landen, dat uitgewerkt is door een brede coalitie van vakbonden en arbeidsorganisaties. Met deze methode kun je het leefbaar loon berekenen in de lokale munten.
Neen. Zo'n lijst publiceren zou neerkomen op koopadvies geven en dit is delicaat. De informatie moet namelijk 100% betrouwbaar zijn. En dat kan alleen maar als er een degelijk controlesysteem is.
Enige tijd geleden heeft de Schone Kleren Campagne, samen met andere organisaties en bedrijfsfederaties een zogenaamd multistakeholderinitiatief opgericht: de Fair Wear Foundation. Bedrijven die lid zijn moeten zich aan de strenge gedragscode houden en externe controle (verificatie) toelaten. Aan leveranciers wordt desgevallend een verbeterplan opgelegd. Maar zelfs de Fair Wear Foundation kan geen 100% 'schone' kleren garanderen, omdat men werkt met verbeterplannen die geleidelijk streven naar het voldoen aan de normen (bijv. inzake leefbaar loon). Ondertussen is het belangrijk dat we duidelijk signaleren dat we als consument wakker liggen van dit soort vragen. Bedrijven moeten aangepord worden om informatie over de arbeidsomstandigheden te geven aan de consument. Het recht op informatie is één van de fundamentele rechten van de consument. Dat wordt ook erkend in de wetgeving van een groot aantal landen. De consument moet op basis van de juiste informatie kunnen kiezen of hij het product (al dan niet) wenst te kopen.
Jammer dat de huidige wetsbepalingen echter te vaag zijn om het informatierecht over ethische criteria afdwingbaar te maken. Maar de tendens is klaar en duidelijk: op termijn bedrijven dwingen vragen over hun ethische gedrag te communiceren. Recent hebben we de derde versie van de brochure 'Wij willen schone kleren' gepubliceerd, waarin de inspanningen van modemerken op gebied van arbeidsomstandigheden worden beoordeeld. Deze derde versie focust op een leefbaar loon.
Wanneer is controle onafhankelijk? Onafhankelijk van wie? Bedrijven willen namelijk nogal eens roepen dat zij al onafhankelijk controleren. Bijv. controle door een aparte afdeling in hun bedrijf of door een dochteronderneming. 'Onafhankelijk van onze inkoop' roept het bedrijf dan. Ja, maar het is nog steeds het bedrijf zelf dat dat uitvoert. Sommigen gaan een stapje verder en huren een extern bedrijf in om voor hen controles uit te voeren, bijv. een auditbureau. 'Onafhankelijk van het bedrijf' roept het bedrijf. Ja, maar de informatie, de manier waarop die verzameld is, en wat er juist gebeurt met overtredingen, blijven alleen toegankelijk voor het bedrijf. Bij overtredingen is vaak de reactie om niet meer met deze onderaannemer te werken. Voor de arbeidsters is dat geen verbetering. Die hebben dan nog steeds dezelfde slechte arbeidsomstandigheden. In het ergste geval kunnen ze zelfs hun baan verliezen omdat er geen werk meer is. 'Onafhankelijk' betekent dus niet alleen dat het bedrijf niet zelf de controles uitvoert, maar bovendien ook dat er een vorm van openbaar toezicht is. Arbeidsters moeten op de één of andere manier een directe stem in zo'n controlesysteem hebben. En ook consumenten moeten vertegenwoordigd zijn. Zij hebben het recht om te weten in welke mate een bedrijf zich daadwerkelijk aan zijn code houdt. Alleen dan kunnen zij ethische argumenten betrekken in hun keuze om producten van een bepaald bedrijf te kopen.
Nee. Het aandeel van het arbeidsloon in de uiteindelijke verkoopprijs van een kledingstuk is altijd minder dan 5%. Mochten de lonen verdubbelen dan zou een jeans van €50 maximum €52,5 kosten. Er zullen in veel gevallen ook investeringen gedaan moeten worden in betere verlichting, ventilatie, veiligheidsmaatregelen enz. Als we dergelijke investeringen doorberekenen in een productprijs komen we meestal slechts op enkele centen uit. En we moeten nog een vooroordeel uit de weg ruimen: dure kleren zijn niet automatisch 'schone' kleren. De prijs die wij als consument betalen, wordt immers ook in belangrijke mate door de markt bepaald.
{sliderHoe reageren de kledingbedrijven?}
Eerst ontkenden veel bedrijven gewoonweg de problemen met de arbeidsomstandigheden. Nu erkennen de meeste bedrijven de problemen en hun verantwoordelijkheid hier rond. Velen hebben een gedragscode aangenomen, nemen deel aan conferenties of debatten over maatschappelijk verantwoord ondernemen, onderzoeken aanklachten i.v.m. schendingen, enz. Een aantal bedrijven hebben hiervoor speciaal personeel aangeworven of een departement opgericht. Heel wat bedrijven laten hun onderaannemers extern controleren, al of niet als lid van een bedrijfsinitiatief voor externe controle. Een kleiner aantal is lid geworden van een multistakeholderinitiatief zoals de Fair Wear Foundation, Fair Labor Association, Ethical Trading Initiative. Een viertal Belgische bedrijven is lid geworden van de Fair Wear Foundation.
Bedrijven reageerden op de aandacht voor slechte arbeidsomstandigheden en schendingen van arbeidsrechten vaak eerst met eigen gedragscodes die de belangrijkste normen niet eens bevatten: recht op organisatie en collectief onderhandelen, recht op een leefbaar loon. De inhoud was beperkt van inhoud en te vaag, het was niet duidelijk tot waar de verantwoordelijkheid van het bedrijf ging. Recent zijn de gedragscodes vollediger, wordt er zelfs externe controle georganiseerd, maar het is nog steeds de vraag wat de bedrijven werkelijk doen, bijv. inzake vakbondsvrijheid en een leefbaar loon bij hun leveranciers. Daarom dat vragen we dat bedrijven lid worden van een multistakeholderinitiatief. In zo'n initiatief worden via verbeterplannen de schendingen reëel en concreet aangepakt en wordt er openbaar over gerapporteerd. Bedrijfscodes blijven ondertussen een geschikt campagne-instrument. Ze maken het mogelijk merken aan te klagen omdat ze hun eigen beleidslijnen niet naleven en internationaal erkende normen schenden.
Het is nog voorbarig om te spreken van een algemene verbetering van de arbeidsomstandigheden in de kledingindustrie. Niettemin, de internationale solidariteit heeft er in concrete arbeidsconflicten toe bijgedragen dat er een overeenkomst tussen vakbond en directie bereikt werd, dat vakbondsleiders uit de gevangenis werden ontslagen. In Bangladesh is een breed samenwerkingsakkoord gesloten dat de veiligheid in de fabrieken grondig moet verbeteren. Door de toegenomen belangstelling en de consumentendruk hebben verschillende grote kledingketens maatregelen genomen om de arbeidsvoorwaarden te verbeteren waarvan de impact al voelbaar is.
We hebben contacten met veel organisaties in landen waar kleding wordt gemaakt. De samenwerking met een groot aantal arbeidsorganisaties van overal ter wereld, met inbegrip van vakbonden, organisaties van thuiswerkers en migranten is zeer intensief. We hebben een systeem van internationale solidariteitsoproepen opgezet: we mobiliseren organisaties en individuen om bij erge arbeidsconflicten te reageren tegen schendingen van arbeidsrechten met brieven of mails naar de directie, de overheid van het betrokken land of naar de betreffende kledingketens. Hierdoor wordt de internationale solidariteit versterkt. Daarnaast wordt met organisaties uit het Zuiden informatie uitgewisseld over de kledingindustrie en over consumenten- en werknemersacties. Ten slotte wordt er overlegd en gezamenlijk onderzoek gedaan over de te ontwikkelen strategieën en middelen (gedragscodes, onafhankelijke controle, klachtenprocedures, etc.).
We werken aan de arbeidsomstandigheden in de kledingproductie, van bij het knippen van de stof tot de verkoop in de winkel. Er zijn ook problemen in de daaraan voorafgaande fases (katoenteelt, spinnen, weven), maar je kunt aan kledingketens alleen eisen stellen over het deel waar zij echt controle over hebben. Aan de kledingproductie zitten weinig milieuaspecten. Die zijn vooral te vinden in de voorafgaande fasen, vooral bij de katoenteelt en de textielproductie.
Ja. Een goede arbeidswetgeving en toezicht op de naleving daarvan is een overheidstaak. Die wetgeving lukt vaak nog wel, hét probleem is dat die niet nageleefd wordt. Buitenlandse investeringen aantrekken gebeurt vaak eerst in de kleding- en lichte industrie (schoenen, speelgoed, elektronica). Lage lonen zijn een 'troef', maar ook niet al te strenge controle op de naleving van de arbeids- of milieuwetgeving. Derdewereldlanden beconcurreren elkaar dus feitelijk op slechte arbeidsomstandigheden. Maar de overheid heeft wel enige macht over investeerders. Bedrijven rennen niet direct weg als er een paar wetten worden ingevoerd. Het loont dus zeker de moeite om er ook bij overheden op aan te dringen dat zij de naleving van hun arbeidswetgeving degelijk inspecteren. Maar de macht van de nationale overheden op de mondiaal opererende handel is beperkt. Een sterk internationaal regulerend kader ontbreekt nog – ook al worden er inspanningen gedaan, bijv. via de IAO Conventies, de VN en OESO-richtlijnen) maar een verplichte en afdwingbare regelgeving voor multinationale ondernemingen bestaat nog steeds niet. En het belooft een werk van lange adem te worden om hierin verandering te brengen. Op nationaal vlak zien we recent in verschillende Europese landen wel een reeks initiatieven omtrent maatschappelijk verantwoord ondernemen.
Solidariteitsoproepen worden gelanceerd wanneer organisaties van kledingarbeidsters - meestal zijn 80% of meer van de werknemers in kledingfabrieken vrouwen - om internationale steun vragen als hun rechten in een concrete fabriek worden geschonden. Een oproep bestaat er meestal in dat geëngageerde consumenten en organisaties in Europa worden verzocht het kledingmerk of de kledingdistributeur onder druk te zetten om verantwoordelijkheid op te nemen en om de schendingen bij de onderaannemer te doen stoppen. Verder worden ook protestbrieven gestuurd naar de eigenaars van de fabriek of lokale regeringsinstanties (bijv. Ministerie van Arbeid) met het verzoek positieve actie te ondernemen. In sommige gevallen worden er ook andere actiemiddelen aangewend, zoals persconferenties of manifestaties, om de publieke aandacht te trekken op de rechtenschendingen. Westerse kledingmultinationals zijn namelijk zeer bekommerd om hun publieke imago, en dat grijpt de Schone Kleren Campagne aan om ze tot sociaal verantwoordelijk ondernemen aan te porren.
De vakbondsvrijheid staat zwaar onder druk in Cambodja. Aan de lopende band worden vakbondsleiders - en militanten opgepakt, manifestaties worden neergeslagen met geweld. Tegelijkertijd weigert de overheid te onderhandelen over essentiële zaken zoals het wettelijk minimumloon.
Het wettelijk minimumloon bedraagt in Cambodja 100 USD of 74 euro per maand, terwijl op basis van objectief studiewerk blijkt dat de minimumlonen moeten stijgen van 90 USD naar een bedrag tussen 157 en 177 USD. Op basis daarvan eisen de vakbonden een minimumloon van 160 USD. Het leefbaar loon dat Asia Floor Wage berekende ligt op 285,83 euro per maand. Dat betekent dat het minimumloon slechts ca 25% bedraagt van een leefbaar loon.
In augustus 2013 benoemde de regering een werkgroep voor de berekening van de maandelijkse kosten van het levensonderhoud voor de kleding- en schoenarbeiders. In december worden die bepaald op US$ 157,25. Op 24 december 2013 beslist het Regeringsadviescomité voor Arbeid dat het minimumloon tot US$ 95/maand verhoogd moet worden. Onmiddellijk breken stakingen over het hele land uit. Op 31 december beslist de Minister van Arbeid het minimumloon te verhogen tot US$ 100/maand. Op 2 en 3 januari 2014 worden de stakingen brutaal onderdrukt: leger en politie schieten met scherp, er vallen 4 doden en zowat 40 gewonden, 23 actievoerders worden opgepakt.
Bangladesh is het naaiatelier van de wereld. Maar liefst 1 op 10 kledingstukken in onze kleerkast werd in Dhaka gemaakt. In heel Bangladesh zijn er 5000 kledingfabrieken, de sector stelt zo'n 4 miljoen mensen tewerk. Ook in Bangladesh zijn het vooral vrouwen die in de kledingfabrieken werken.
Kledingmerken zeggen vaak dat zij zich inzetten voor het recht op een leefbaar loon voor kledingarbeiders in hun wereldwijde toeleveringsketens. Maar hoeveel krijgen kledingarbeiders daadwerkelijk betaald?
De impact van de COVID-19 pandemie is immens. Kledingarbeid(st)ers lopen het risico om ziek te worden, verdienen nog minder dan normaal of verliezen hun job. Ontslagvergoedingen worden vaak niet of maar deels uitbetaald.
Clean Clothes Campaign verzamelt sinds het begin van de pandemie getuigenissen en artikels over de impact op kledingarbeiders in een liveblog. Uit onderzoek blijkt dat, tijdens de eerste dertien maanden van de pandemie, kledingarbeiders maar liefst 10,169 miljard euro misliepen doordat hun loon onwettelijk werd ingehouden, door tijdelijke fabriekssluitingen, of door ontslagen waarbij geen ontslagvergoeding werd uitgekeerd. Lees hier meer over het rapport Still Un(der)paid.
Voor kledingwerkers, die door de extreem lage lonen in de sector sowieso in diepe armoede leven, is het een ramp als ze niet doorbetaald worden. In het rapport Hunger in the Apparel Supply Chain van WRC (november 2020), zegt 77% van de 400 bevraagde kledingarbeidsters dat zij of een lid van hun huishouden honger hebben geleden sinds het begin van de pandemie. 80% van de werknemers met kinderen wordt gedwongen maaltijden over te slaan of de hoeveelheid of kwaliteit van voedsel dat ze eten te verminderen om hun kinderen te voeden.
In de meeste productielanden is er geen sprake van een volwaardig systeem van sociale bescherming, dus een sociaal vangnet is er niet. Een ontslagvergoeding is dan het verschil tussen een toekomst met perspectief of zonder. Zoals in het verhaal van Siti en Murni uit Indonesië, in de video 'How to steal your workers' future'.
Het is duidelijk dat er nú iets moet gebeuren! Teken de petitie op deze pagina!
Voor wie meer wil weten, lees hieronder verder!
In de meeste productielanden zijn fabriekseigenaren inderdaad wettelijk verplicht om een ontslagvergoeding te betalen. Tijdens de COVID-19-pandemie moeten ze in sommige landen een bepaald inkomensniveau voor hun werknemers garanderen. Maar door de wijdverspreide annuleringen van bestellingen bij het begin van de pandemie en de betalingsachterstanden kunnen veel werkgevers hun werknemers gewoonweg niet betalen. In de mondiale kledingindustrie zijn het de merken die de prijzen en de productieomstandigheden dicteren. Veel fabrieken (met uitzondering van een aantal zeer rijke concerns) hebben jarenlang met minimale marges gewerkt en hebben geen buffers opgebouwd waarop ze kunnen terugvallen, terwijl zij wel kosten hebben gemaakt de orders van de merken voordat deze werden geannuleerd.
Volgens de VN-richtlijnen voor bedrijven en mensenrechten en de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen hebben merken de verantwoordelijkheid om negatieve gevolgen voor de mensenrechten in hun toeleveringsketens te voorkomen en te beperken, en om schade waartoe zij hebben bijgedragen of die zij hebben veroorzaakt, te herstellen.
Daarom vraagt de Schone Kleren Campagne merken en ketens om de Loongarantie te publiceren en onderhandelingen over een bindend akkoord op te starten, waarvan een Fonds voor Ontslagvergoedingen deel zou uitmaken.
Modemerken en -ketens moeten publiekelijk garanderen dat alle kledingarbeid(st)ers in hun toeleveringsketen tijdens de pandemie de wettelijk voorgeschreven lonen en uitkeringen ontvangen. Daardoor krijgen werknemers die hun baan behouden maar van wie het loon is verlaagd of tijdelijk is stopgezet financiële steun. Merken en ketens moeten zowel eigen middelen als die van donorregeringen en internationale financiële instellingen mobiliseren om ervoor te zorgen dat de werknemers hun loon blijven ontvangen.
De loongarantie voorziet niet alleen in onmiddellijke inkomenssteun voor werknemers, maar omvat ook een engagement om te onderhandelen over een juridisch bindende overeenkomst. Die moet uitmonden in een betere sociale bescherming van werknemers in geval van werkloosheid en ontslag, in lijn met de desbetreffende IAO-verdragen. Dat kan door de oprichting van een “Garantiefonds voor Ontslagvergoedingen”.
De juridisch bindende overeenkomst kan ondertekend worden door merken en lokale werkgevers. Kledingarbeid(st)ers in de toeleveringsketen van zo’n merk of in dienst bij een ondertekenende werkgever, zullen een vordering kunnen indienen als ze geen ontslagvergoeding krijgen wanneer hun fabriek sluit of bij collectief ontslag. Het Fonds zal vorderingen in behandeling nemen van werknemers van wie de werkgevers niet in staat zijn om te betalen, en in gevallen waarin de nationale wetgeving niet in overeenstemming is met de internationale norm. Het Fonds zal ook financiële steun verlenen om de sociale bescherming op nationaal niveau te verbeteren, met rekeningen die toegankelijk zijn voor nationale comités die bestaan uit vertegenwoordigers van de regering, de werkgevers, de vakbonden en het maatschappelijk middenveld. Verbeteren de systemen van sociale bescherming, dan kunnen de bijdragen van modemerken en -ketens worden verlaagd.
Merken en ketens zouden bijdragen via een heffing op basis van het volume dat ze inkopen in elk land, en de werkgeversbijdragen zouden een percentage van de totale loonsom in elk land zijn. Dit plan maakt deel uit van een bredere beweging voor een duurzamere en veerkrachtigere kleding-, textiel en schoenenindustrie, met leefbare lonen, veilige fabrieken en sociale bescherming.
De merken en ketens zouden een premie betalen van 1,5% van de jaarlijkse FOB*, met een extra vergoeding van 1,5% in het eerste jaar na de ondertekening. De vergoeding van 1,5% kan worden verlaagd als een merk inkoopt in landen die geloofwaardige en doeltreffende sociale beschermingssystemen opzetten die werkloosheids- en/of ontslagvergoedingen dekken, of als zijn leveranciers de overeenkomst ondertekenen en bijdragen aan het Fonds. Als alle leveranciers van een merk zich aansluiten, of als het merk uitsluitend inkoopt in landen met volledig functionerende sociale beschermingssystemen, is er geen bijdrage meer te betalen.
Alles bij elkaar zal het de merken niet meer dan tien cent per T-shirt kosten om te voldoen aan de Loongarantie en om hun jaarlijkse bijdrage aan het Garantiefonds voor Ontslagvergoedingen te betalen.
* Free on Board, of de totale prijs die een merk of keten aan de leverancier betaalt voor een aangekocht product.
Ondertekenende bedrijven moeten zich ertoe verbinden de rechten van werknemers te respecteren, inclusief vakbondsvrijheid en het recht op collectieve onderhandelingen. Een onafhankelijk klachtenmechanisme kan klachten onderzoeken over de niet-betaling van lonen, over schendingen van de vakbondsvrijheid en het recht op collectieve onderhandelingen, op gender gebaseerd geweld en intimidatie, en schendingen van de gezondheid en veiligheid op het werk. De overeenkomst zal worden gehandhaafd door middel van een mechanisme dat vergelijkbaar is met het Bangladesh Akkoord: een geschillencommissie, waarbij ondertekenende vakbonden merken uiteindelijk voor de rechter kunnen brengen als zij de overeenkomst niet naleven, en een escalatiemechanisme waarbij merken uiteindelijk niet meer zullen mogen inkopen bij werkgevers die de overeenkomst niet naleven.
Modekleding kopen we allemaal. Het is een heel brede categorie en er is er in alle prijscategorieën: van dure luxekleding, prijzige, of meer betaalbare merkkleding tot spotgoedkope merkloze kleding in warenhuizen. De Schone Kleren Campagne richt zich in haar acties vooral op de merken en bedrijven die je vindt in de belangrijke winkelketens in onze winkelstraten, zoals C&A, H&M, Zara, Primark, enz... Naast de mainstream bedrijven zijn er ook pionierende 'alternatieven'. Ze vormen nog een kleine niche maar het aantal (kleinschalige) initiatieven groeit. Het gaat dan om handelaars die van ecologisch duurzame en/of ethische mode hun handelsmerk willen maken.
De grote kledingbedrijven maken de kleding niet zelf; ze kopen ze aan bij producenten in lagelonenlanden. Vooral in Aziatische en Zuidoost-Aziatische landen (China, Bangladesh, India, Cambodja,...), waar miljoenen, vooral jonge vrouwen, werken in de kledingindustrie. Verder laten Europese merken nog produceren in enkele Oost-Europese landen, Noord-Afrikaanse landen en Turkije – ook vanwege de lagere transportkosten. Hier vind je meer informatie over de complexe keten van de kledingsector en de belangrijkste problemen in de sector.
Bewuste consumenten moeten druk blijven uitoefenen op de kledingmerken om hun sociale verantwoordelijkheid echt serieus te nemen. Een gedragscode mag niet enkel als een imago verbeterend middel gebruikt worden. In België hebben dankzij voortdurende druk recent de modemerken JBC en Bel&Bo zich aangesloten bij de Fair Wear Foundation. Mayerline, ACP, Stanley&Stella en B&C waren al lid. De Fair Wear Foundation wordt door de Schone Kleren Campagne naar voor geschoven als het meest betrouwbare initiatief, omdat het o.a. door de nauwe betrokkenheid van de lokale vakbonden in de productielanden garant kan staan voor echte verbeteringen.
Waar kunnen we 'schonere' kleding kopen? SKC publiceert regelmatig een 'Wij willen schone kleren' rapport, een grootschalig onderzoek waarin de arbeidsomstandigheden bij de kledingproductie van merkkleding onderzocht worden. Van ieder merk wordt een profiel geschetst dat aantoont welke inspanningen het bedrijf doet en welke stappen het al gezet heeft. Het is bovendien goed om in de winkel zelf info te vragen over de herkomst en arbeidsomstandigheden waarin een kledingstuk is gemaakt. Dan voelt het merk dat je als consument echt belangstelling hebt voor kleding die aan sociale minimumnormen voldoet. Een iets andere aanpak volgt 'Rank a Brand', een initiatief dat na grondig onderzoek van zoveel mogelijk informatie, o.a. van de websites van de merken, de sociale én ecologische duurzaamheid van een merk uitdrukt in een letterscore of percentage.
Er zijn in Vlaanderen ook handelaars die van ecologisch duurzame en/of ethische mode hun handelsmerk willen maken. Zij verkopen meestal een combinatie van ecologische én sociaal duurzame kleding. Kleding die het milieu spaart, kan biovezelkleding zijn (uit weefsel van een biologisch geteelde vezel) of, beter nog, ecologische kleding, waarvan het bioweefsel ook ecologisch 'veredeld' is. Keurmerken van ecologische kleding omvatten meestal ook sociale normen – maar niet altijd. Fairtrade kleding komt uit de eerlijke handel, die de ontwikkeling van het zuiden wil bevorderen, maar kan bovendien ook uit biokatoen (of een andere biovezel) bestaan, en ook verder ecologisch veredeld zijn. Je vindt meer info over de verschillende types sociaal en ecologisch duurzame kleding in onze brochure 'Op zoek naar duurzame kleding. Wat en waar?' of bij Rank a Brand
Schone Kleren Campagne
Haachtstesteenweg 579
1030 Brussel
De kledingketen is zeer complex, met verschillende betrokken partijen, die allemaal trachten zoveel mogelijk winst te maken. In een dergelijke complexe keten is het niet evident om respect voor de arbeidsrechten af te dwingen. De arbeidsrechten zijn nochtans wettelijk vastgelegd zowel in nationale als internationale wetgeving en regelgeving. Het grootste probleem is de toepassing en de controle ervan.
Er bestaan 3 soorten belangrijke regelgeving om arbeidsrechten af te dwingen.
Onze kleren zijn echte wereldproducten: gemaakt aan de ene kant en gekocht aan de andere kant van de wereld. Kledingketens hebben zowel leveranciers als winkels over de hele wereld verspreid. De fabrieken waar de kleren gemaakt worden, zijn meestal geen eigendom van de kledingketens. Vele ontwerpen wel zelf kleding, maar ofwel kopen ze rechtstreeks aan bij één of meerdere leveranciers in lagelonenlanden, ofwel kopen ze aan via tussenpersonen (agenten, importeurs, groothandelaars). Sommige bedrijven ontwerpen zelf geen kleding, maar bevoorraden zich via internationale stocks of via een ‘private label’ formule. Tegenwoordig kunnen ook bestellingen geplaatst worden op internetplatforms waar leveranciers tegen elkaar opbieden om tegen de laagste prijs de bestelling binnen te halen.
Kledingbedrijven concentreren zich op het stukje waar de hoogste winsten kunnen behaald worden:de verkoop. Tegelijkertijd proberen ze een zo groot mogelijke controle over de productie te hebben en dit alles willen ze zo goedkoop mogelijk. Omdat kledingindustrie niet veel kapitaalinvestering vereist - met een paar naaimachines kom je al een heel eind - is het relatief gemakkelijk om productie te verplaatsen.
Overheidsaanbestedingen kunnen een belangrijk instrument zijn in de strijd voor betere arbeidsomstandigheden. In de EU zouden overheden voor 15% van het jaarlijkse BBP aan producten en diensten aankopen. Door voorwaarden rond arbeidsomstandigheden op te nemen in hun aanbestedingen, zouden ze druk uit kunnen oefenen op producenten om schoner te gaan produceren. Begin 2014 werd een nieuwe Europese richtlijn goedgekeurd rond publieke aanbestedingen. Die geeft de lidstaten de mogelijkheid om sociale voorwaarden te verbinden aan hun aanbestedingen. SKC volgt de omzetting van die richtlijn in België van nabij op.
Om meer vat te krijgen op de MNO’s hebben internationale organisaties zoals de OESO en de VN aanbevelingen en adviezen ontwikkeld. Naast deze aanbevelingen en adviezen zjn er internationale kaderakkoorden en sector- en landenspecifieke akkoorden.
De OESO-richtlijnen voor MNO’s moeten waarborgen dat ‘de activiteiten van de multinationale ondernemingen in overeenstemming zijn met het nationale beleid van de OESO landen en het wederzijdse vertrouwen tussen de multinationale ondernemingen en de overheid versterken’. De richtlijnen bestrijken een breed gebied: duurzame ontwikkeling, mensenrechten, openbaarheid, arbeidsrechten, milieubescherming, consumentenrechten en de bestrijding van corruptie. Ze gelden in alle 30 lidstaten van de OESO.
Sinds 2000 zijn de Richtlijnen toepasbaar op de MNO’s ‘en al hun entiteiten’, waar ze ook zaken doen, met inbegrip dus van landen die de Richtlijnen niet hebben aangenomen. De Richtlijnen zijn vrijwillige en niet-bindende aanbevelingen die door regeringen gedaan worden aan de bedrijven. Alle lidstaten die de richtlijnen hebben aangenomen zijn verplicht om een Nationaal Contactpunt (NCP) op te zetten dat de effectiviteit van de richtlijnen moet verbeteren. Lidstaten, werkgeversorganisaties, ondernemingen en ‘andere betrokken partijen’ (ngo’s inbegrepen) kunnen een klacht indienen bij hun NCP. Het NCP onderzoekt of de aanklacht vatbaar is voor verder onderzoek.
Naast de OESO-Richtlijnen zijn er de MNO-verklaring van de IAO en de VN Leidende Principes voor Bedrijfsleven en Mensenrechten uit 2011: het Ruggie-beleidskader. Volgens dat kader hebben bedrijven de maatschappelijke verantwoordelijkheid om mensenrechten te respecteren. Ook moeten ze de risico’s op schendingen van mensenrechten in hun keten in kaart brengen en verminderen. De staat heeft de verantwoordelijkheid om haar burgers te beschermen tegen overtredingen van de mensenrechten.
Sociale dialoog op internationaal niveau mondt dan weer steeds vaker uit in overeenkomsten die de toepassing van de IAO Conventies kunnen afdwingen. Een internationaal kaderakkoord is een akkoord dat onderhandeld wordt door een MNO en een internationale vakbondsfederatie, dat gaat over de internationale activiteiten van het betrokken bedrijf. Het doel is de sociale dialoog en de regeling van conflicten tussen de werknemers en de werkgever te formaliseren. De inhoud van die akkoorden varieert, maar houdt op z’n minst rekening met de conventies van de IAO. Sommige akkoorden hebben alleen betrekking op de arbeiders die tewerkgesteld worden door de transnationale onderneming zelf overal ter wereld. Enkele hebben ook betrekking op de arbeiders van de leveranciers en onderaannemers. De uitvoering en controle van de akkoorden is moeilijk en gaat van simpel overleg tussen de internationale vakbondsfederatie en de onderneming tot complexe systemen van interne monitoring. De beste bewakers van de naleving van die akkoorden zijn de leden van de lokale vakbonden. Een goede organisatie en communicatie tussen de lokale, nationale en internationale vakbond is dus van essentieel belang opdat die akkoorden een effectieve impact zouden hebben op de arbeidsomstandigheden.
De sector –en landenspecifieke akkoorden zijn relatief nieuwe akkoorden waarvan er tot op vandaag twee bestaan: het Protocol over Vakbondsvrijheid in Indonesië en het Veiligheidsakkoord in Bangladesh. Het Protocol over Vakbondsvrijheid werd op 7 juni 2011 ondertekend door Indonesische vakbonden, werkgevers en internationale sportmerken Adidas, Nike, Puma, Pentland, New Balance en Asics. De opeenvolgende incidenten in Bengaalse kledingfabrieken leidden in mei 2013 dan weer tot de ondertekening van het “Bangladesh Accord on Fire and Building Safety” (of het Veiligheidsakkoord) door intussen meer dan 170 merken. Zowel het protocol als het akkoord betekenen een verschuiving van vrijwillige zelfregulering naar bindende overeenkomsten tussen vakbonden en merken.
Up to date lijst van ondertekenaars van het Veiligheidsakkoord:www.bangladeshaccord.org
In de laatste tien jaar is het heel normaal geworden dat kledingmerken en –ketens initiatieven ontwikkelen op het gebied van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO). MVO is een vorm van zelfregulering, volledig op vrijwillige basis, zonder wettelijk afdwingbare engagementen. Daardoor zijn er evenveel slechte voorbeelden van MVO als er goede voorbeelden zijn. In het beste geval is MVO een proces waarbij een bedrijf over de gehele keten van zijn activiteiten verantwoordelijk- heid neemt voor de effecten van deze activiteiten op sociaal, ecologisch en economisch gebied. Het bedrijf legt daarover verantwoording af en gaat de dialoog aan met belanghebbenden. Belanghebbenden zijn (groepen) mensen die een rol spelen binnen het bedrijf of er door zijn activiteiten door beïnvloed worden. MVO-initiatieven kunnen verschillende vormen aannemen – van het inza- melen van geld voor lokale goede doelen tot het verstrek- ken van gerecycleerde boodschappentassen aan klanten.
De Schone Kleren Campagne kijkt vooral naar initiatieven die zich richten op het respecteren van de nationale wetten en internationale afspraken die betrekking hebben op kledingarbeiders in de gehele productieketen. We onderscheiden verschillende niveau’s in het MVO- beleid van een bedrijf:
Wat in het Engels ‘the piecemeal approach’ genoemd wordt: een fragmentarische aanpak, waarbij enkele initiatieven ontwikkeld worden wanneer het bedrijf geconfronteerd wordt met kritische consumenten of met een incident tijdens het productieproces. MVO-initiatieven moeten de imagoschade van het bedrijf dan zoveel mogelijk beperken, maar een echt MVO-beleid wordt niet ontwikkeld.
Een bedrijf dat wil toezien op het respecteren van de arbeidsrechten in zijn toeleveringsketens, neemt over het algemeen een gedragscode aan waarin het zijn engagement vastlegt. Dit wordt beschouwd als een stap verder dan ‘the gefragmenteerde approach’, omdat het bedrijf hierbij een MVO-beleid ontwikkelt en dit formaliseert in een gedragscode. Een goede gedragscode verwijst naar de fundamentele IAO-normen. Ze vraagt dat kleding gemaakt wordt in correcte omstandigheden: leefbare lonen, het recht op organisatie, geen gedwongen overwerk, geen discriminatie, veilige en gezonde werkomstandigheden, geen dwangarbeid en geen kinderarbeid.
Maar in dat stadium is de code nog slechts een stukje papier. De echte uitdaging bestaat erin om ze toe te passen zodat ze effectief leidt tot menswaardige arbeidsvoorwaarden. Hiervoor is een onafhankelijke controle aangewezen.
De gedragscode moet geïntegreerd worden in de contractuele voorwaarden die het bedrijf verbindt met zijn leveranciers en onderaannemers. Intussen is dat voor de meeste kledingbedrijven ook het geval. Om echt geloofwaardig te zijn, moet het kledingbedrijf ook zijn aankooppraktijken wijzigen: een voorkeur geven aan fabrieken die vakbonden toelaten, voldoende lange levertermijnen, prijzen die de uitbetaling van een leefbaar loon mogelijk maken e.d.
Arbeiders moeten een actieve rol spelen bij de toepassing van de gedragscode. Dat betekent dat zij hun rechten kennen en opgeleid worden over hoe ze de gedragscode kunnen gebruiken bij het verdedigen van hun rechten. Vormings- of sensibiliseringssessies worden best buiten de fabriek georganiseerd en in samenwerking met geloofwaardige organisaties.
De toepassing van de gedragscode en de interne controle erop moet de verantwoordelijkheid zijn van directiepersoneel dat daartoe is opgeleid. Sommige bedrijven hebben interne teams voor “sociale naleving” gevormd om deze taken uit te voeren. Andere hebben commerciële auditbedrijven ingehuurd om de naleving van de gedragscode te controleren. Tegenwoordig worden elk jaar duizenden dergelijke audits georganiseerd. Die audits zijn vaak erg oppervlakkig, waardoor de kwaliteit te wensen overlaat. Voor de Schone kleren Campagne is een audit pas geloofwaardig wanneer deze onafhankelijk is en wanneer de vakbonden betrokken zijn. Zij weten immers het beste of de gedragscode effectief wordt nageleefd.
Momentcontroles zijn niet het beste middel om problemen aan het licht te brengen. Werknemers moeten op elk moment schendingen van hun arbeidsrechten kunnen melden. De klachtenregistratie moet gebeuren volgens een veilig, anoniem, confidentieel en onafhankelijk mechanisme. Dat houdt in dat er duidelijke procedures worden voorzien voor de ontvangst van de klachten, het onderzoek ervan door onafhankelijke partijen, de mededeling van de resultaten van het onderzoek en de uitvoering van verbetermaatregelen, indien de klachten gegrond blijken te zijn.
Fabriekscontroles brengen vaak schendingen van de lokale arbeidswetten of van de gedragscodes aan het licht. De relatie met de leverancier afbreken kan er toe leiden dat leveranciers problemen zullen verdoezelen. Als er een probleem wordt ontdekt, dan moet het bedrijf zijn leverancier of onderaannemer de mogelijkheid bieden om de situatie te corrigeren of te verbeteren. Het verbeterplan moet gepaard gaan met een redelijke uitvoeringstermijn en het kledingbedrijf moet (indien nodig) ook financiële ondersteuning bieden. Slechts in laatste instantie, wanneer duidelijk blijkt dat er geen verbeteringen aangebracht kunnen worden, kan een verbreking van de handelsrelatie overwogen worden.
De normen van de modelcode van de Schone Kleren Campagne :
Hier vind je de modelcode van de Schone Kleren Campagne.
Onafhankelijke controle is noodzakelijk om leefbaar loon, toepassing van akkoorden en vakbondsvrijheid en toepassing van collectieve onderhandelingen te kunnen garanderen. Kledingbedrijven staan vaak nog weigerachtig tegenover onafhankelijke controle en voeren controles liever zelf uit. Volgens Schone Kleren Campagne is onafhankelijke controle nochtans onontbeerlijk om tot schone kleren te kunnen komen.
Voor controle bestaan er verschillende systemen. Wij beschrijven er hier 2 belangrijke, namelijk multi-stakeholderinitiatieven (MSI’s) en businessinitiatieven, die alleen uitgaan van bedrijven zelf, zonder betrokkenheid van vakbonden. In de loop van de voorbije jaren zijn verscheidene multi- stakeholderinitiatieven voor controle opgericht. Multi-stakeholder omdat ze bedrijven, vakbonden en ngo’s laten samenwerken op verschillende niveaus in de organisatie. Ze worden ook gekenmerkt door een systematische benadering van de gedragscodes, hun toepassing, de interne controle (of ‘monitoring’) en verificatie ervan en door het feit dat ze samenwerking tussen hun leden bevorderen. Die MSI’s gaan met de bedrijven die er lid van zijn, een contract aan om verdere stappen te zetten rond toepassing en controle. Daarom bieden ze de bedrijven die op dit vlak slechts weinig ervaring of interne capaciteit hebben, de nodige steun. De bekendste Europese MSI’s zijn de Fair Wear Foundation (FWF) en Ethical Trading Initiative (ETI). Naast de multistakeholderinitiatieven zijn er ook business-initiatieven: er zitten geen vakbonden en ngo’s in de beslissingsorganen. Veel bedrijven zijn echter aangesloten bij een dergelijk initiatief. Business Social Compliance Initiative (BSCI) is het bekendste business-initiatief. Hierbij een overzicht van een aantal controlesystemen:
De Fair Wear Foundation (FWF) is een multi-stakeholdeinitiatief voor de onafhankelijke controle van de arbeidsomstandigheden voor de kledingindustrie. FWF is in 1999 in Nederland opgericht, in het kielzog van één van de pilootprojecten voor verificatie die door de internationale Schone Kleren Campagne zijn uitgevoerd. FWF wordt door de internationale Schone Kleren Campagne gezien als het meest vooruitstrevende initiatief op het gebied van het verbeteren van arbeidsrechten in de kledingindustrie. Bedrijven, werkgeversfederaties, vakbonden en ngo’s werken hierin samen. De bedrijven die er lid van worden, ondertekenen de gedragscode van de FWF voor de confectie-industrie. Ze engageren zich ertoe de code toe te passen, de fabrieken die voor hen produceren, te controleren en er de arbeidsomstandigheden te verbeteren. Bedrijven aangesloten bij FWF erkennen dat ze mee verantwoordelijk zijn voor de werkomstandigheden bij hun leveranciers (incl. onder- en onder-onderaannemers). De gedragscode van FWF bevat de belangrijkste normen van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO), inclusief het uitbetalen van een leefbaar loon. Alle partijen streven naar eerlijke omstandigheden in de hele productieketen.
Elk jaar moeten de leden een rapport en een werkplan opstellen. Aan de ene kant controleert de FWF het beleidssysteem dat uitgevoerd wordt door het bedrijf dat lid is. Aan de andere kant verifieert het de arbeidsomstandigheden in de fabrieken. Om dat te doen, vormt de FWF in de productielanden lokale teams van auditors om arbeiders en werkgevers te interviewen en de fabrieken te inspecteren. Lokale vakbonden worden betrokken bij controles en het uitvoeren van verbeteringen in fabrieken. Daarnaast kunnen arbeiders ook altijd zelf een klacht indienen. FWF gaat er vanuit dat arbeiders zelf het beste weten wat er in hun fabriek speelt. Bedrijven worden begeleid om stapsgewijs richting ‘schone kleren’ te gaan.
FWF stelt voor de bedrijven die lid zijn ook een stappenplan op naar de uitbetaling van een leefbaar loon. Voor elk land waar FWF actief is, werd een ‘wage ladder’ opgemaakt: een vergelijking tussen de wettelijke minimumlonen, de armoedegrens, het industriële gemiddelde en het leefbaar loon. Kledingbedrijven kunnen deze informatie gebruiken om de lonen die in hun productiefabrieken betaald worden te vergelijken. Ligt het loon te laag, dan zal er een verbeterplan worden opgesteld. Samenwerking met vakbonden en andere kledingbedrijven die kledij laten produceren in dezelfde fabriek is daarbij essentieel.
Ondertussen zijn meer dan 90 bedrijven lid van FWF; zij vertegenwoordigen 120 merken, verkocht in meer dan 20.000 winkels in meer dan 80 landen. Voor België zijn dat ACP, Mayerline, Stanley & Stella en B&C Cotton Group.
Het Ethical Trading Initiative (ETI) is in 1998 opgericht. Het is van Britse oorsprong en staat ter beschikking van kleding-, voedings- en tuinbouwbedrijven. Het gaat om een alliantie tussen bedrijven, ngo’s en vakbonden met als doel de arbeidsomstandigheden en de toepassing van de gedragscodes te verbeteren in de toeleveringsketens van bedrijven uit verschillende commerciële sectoren. ETI bevordert de samenwerking onder zijn leden op basis van experimentele projecten en door de aandacht te vestigen op goede praktijken en die te delen. De bedrijven die lid willen worden, moeten de gedragscode van ETI aanvaarden en jaarlijks een rapport op de toepassing ervan voorleggen. Indien een deelnemend bedrijf niet aan de vereisten voldoet, dan moet het binnen een bepaalde termijn een onderhandeld verbeterwerkplan ten uitvoer brengen. Indien het bedrijf daar niet aan voldoet, wordt het verzocht ETI te verlaten.
ETI vraagt z’n leden om een leefbaar loon uit te betalen, maar heeft tot nog toe geen echt beleid om aangesloten bedrijven hierin te ondersteunen d.m.v. standaarden of gezamenlijke projecten. Dat neemt niet weg dat een aantal leden – zoals C&A - wel interessante proefprojecten hebben rond leefbaar loon.
Heel wat grote bedrijven zijn aangesloten bij BSCI. Positieve elementen aan BSCI zijn dat de gedragscode gebaseerd is op de IAO-Conventies en dat bedrijven worden aangespoord om samen te werken en ervaringen uit te wisselen. Belangrijkste punten van kritiek zijn dan weer dat het geen onafhankelijke controles zijn: externe bedrijven doen de controle, maar ze hebben een directe commerciële relatie met het bedrijf dat de opdracht geeft en zijn daarom verre van onafhankelijk.
De audits zelf zijn zeer oppervlakkig. BSCI hanteert de checklistbenadering. Eén of een paar inspecteurs brengen een kort bezoek aan een fabriek en vullen daarbij de items op hun checklist in. Enkele arbeiders worden op de fabriek zelf geïnterviewd. Soms worden de inspecties vooraf aangekondigd. De bedrijfsleiding heeft dan de tijd om een vals beeld te geven. Ook worden arbeiders door het management ‘gecoacht’ voor eventuele interviews. De inspecties zijn veel te kort, te oppervlakkig en te sterk gericht op meetbare gegevens om schendingen van com- plexe normen - zoals recht op organisatie en op collectief onderhandelen - op het spoor te komen.
BSCI heeft een partnerschap met Social Accountability International (SAI). BSCI promoot de SAI-certificering bij de fabrieken van z’n leden. Als onderdeel van dat overleg ging het BSCI ermee akkoord om zijn gedragscode te verbeteren zodat die overeenstemt met de SA8000 Standard, die gebaseerd is op IAO-Conventies en VN- Verklaringen. SAI is een bedrijfsinitiatief, opgericht voor en door bedrijven. Officieel is het een ngo waarvan het doel is de levensomstandigheden op de werkvloer en in de lokale gemeenschappen te verbeteren door de toepassing van sociale normen. In het bestuur van SAI zijn evenwel geen vakbonden vertegenwoordigd. In 1997 heeft de SAI de SA8000-norm gelanceerd. Die is gebaseerd op de fundamentele IAO-Conventies en op conventies van de Ver- enigde Naties. De normen die SAI hanteert voor ‘leefbaar loon’ zijn lager dan diegene die FWF hanteert.
De ramp van Rana Plaza heeft de geloofwaardigheid van BSCI een flinke knauw gegeven: één van de fabrieken in het Rana Plaza-complex had kort voor de ramp nog een positieve audit gekregen.
BSCI heeft een aantal zeer bekende leden: Aldi, Charles Vögele, Esprit, IC Companys (InWear, Matinique,…), Lidl, WE. In België werkt A.S. Adventure samen met BSCI voor zijn eigen merk Ayacucho.
In Europa is het niet wettelijke verplicht om de productieplaats aan te duiden (het “Made in...”) op de kleding. Als een bedrijf de herkomst van een product aanduidt, dan gaat het meestal over het land waar het laatste productiestadium gerealiseerd is vooraleer het geïmporteerd is. Bijvoorbeeld, een jurk die gemaakt is in Bangladesh en die afgewerkt is in een atelier van Zara in Galicië, zou het etiket “Made in Europe” kunnen dragen. Het “Made in...” is dus niet in alle gevallen een blijk van transparantie.
Sommige bedrijven publiceren een lijst van hun leveranciers. Dat is een stap die we moeten toejuichen, omdat er nog heel wat taboes bestaan rond het onthullen van dit soort informatie uit concurrentieoverwegingen. Toch is het soort transparantie dat daarmee bekomen wordt, verre van volledig. Er wordt over het algemeen geen rekening gehouden met de verschillende locaties van de productie-eenheden van eenzelfde leverancier of met de onderaannemers. Maar het bekend maken van de leveranciers is een concrete stap die bedrijven kunnen zetten om transparanter te zijn.
Om bruikbaar te zijn, moet de gedragscode van een bedrijf verspreid worden onder de personen op wie ze betrekking heeft, namelijk de arbeiders en consumenten. Wordt de code voor de arbeiders op goed zichtbare, consulteerbare en begrijpelijke wijze (vertaald) bekend gemaakt op de arbeidsplaats? Wordt de code ook mondeling gecommuniceerd aan de arbeiders? Zijn de arbeiders bewust van de inhoud en draagwijdte ervan? Wordt de code gepubliceerd op de website van het bedrijf en wordt hij op aanvraag ter beschikking gesteld?
Almaar meer bedrijven publiceren jaarlijkse rapporten over hun duurzame ontwikkeling of maatschappelijke verantwoordelijkheid. Die rapporten vormen belangrijke informatiebronnen voor de klanten, aandeelhouders, werknemers, leveranciers en het grote publiek. Om de maatschappelijke verantwoordelijkheid van het bedrijf te kunnen beoordelen, is het nuttig dat die rapporten niet alleen feitelijke gegevens over de gedragscode, de monitoring ervan, de uitgevoerde audits en de resultaten ervan bevatten, maar ook actieplannen voor de verbetering van de arbeidsomstandigheden, de effectief uitgevoerde stappen en hun concrete impact.
Een gedragscode betekent niets als niet ook de aankkooppraktijken aangepast worden. De druk om aan lagere prijzen te produceren en om kortere leveringstermijnen te verkrijgen hebben immers een impact op de arbeidsomstandigheden en kunnen het vermogen van de leverancier om de arbeidsnormen na te leven, ondermijnen. In een bedrijf moeten de afdeling die bevoegd is voor de maatschappelijke verantwoordelijkheid en de aankoop- en leveranciersafdeling dus nauw samenwerken.
Veel bedrijven beweren dat ze rekening houden met de gedragscode in hun aankooppraktijken. Bij andere bedrijven is het zeer waarschijnlijk dat de aankooppraktij- ken ingaan tegen hun eigen beloftes. De manier waarop bedrijven bijvoorbeeld hun inkopers vergoeden, is vaak gebaseerd op een relatief laag vast salaris en een variabel deel dat afhankelijk is van de bijdrage aan de winst- marge van het bedrijf. Die praktijk spoort de inkoper aan om buitensporige druk uit te oefenen op de prijzen, zodat de leverancier op zoek gaat waar hij kan besparen. Niet
op de grondstoffen, niet de energiekosten... maar wel op de lonen in zijn fabrieken.
De negatieve gevolgen van de aankooppraktijken van het bedrijf op de arbeidsomstandigheden bij de leveranciers opsporen, en maatregelen nemen om die te beperken, moet integraal onderdeel worden van de interne controle en de onafhankelijke verificatie. Die maatregelen kunnen het volgende omvatten:
Het aangaan van stabiele en duurzame relaties met de leveranciers
De graad van getrouwheid van de aankopende bedrijven aan hun leveranciers is belangrijk in de sector van de sportschoenen, waarin meer dan de helft van de productvolumes - voor Asics zelfs het totale volume - geproduceerd worden door leveranciers die meer dan 5 jaar partner zijn. Dat cijfer is veel lager in de modesector, waar voor de onderzochte bedrijven de meerderheid minder dan 50% van de volumes laat produceren bij bedrijven die langer dan 5 jaar partner zijn.
Dat is het geval voor o.a. H&M, WE Europe en Inditex (Zara).
De keuze om aan te kopen bij fabrieken met een vakbond
Dit is vandaag een grote uitzondering in de sector. Een groot aantal bedrijven laat kleding produceren in fabrieken die in landen of zones (zoals bijv. vrijhandelszones) liggen waar die vrijheid beperkt of zelfs verboden is. Sommige merken en ketens publiceren een lijst van landen die als ‘risicolanden’ worden beschouwd (New Balance, C&A, H&M) of, omgekeerd een lijst van goedgekeurde landen (Nike). De landen die regelmatig als risicolanden worden aangezien, zijn Birma, Noord-Korea, Wit-Rusland, Cuba en Libië. Soms worden China en Viëtnam daaraan toegevoegd. Dat betekent echter niet automatisch dat elke productie er verboden is, maar dat elke relatie met die landen het voorwerp moet uitmaken van een voorafgaande evaluatie, vooral rond de naleving van de mensenrechten. Sommige merken of ketens zetten stappen om toch een zekere werknemersvertegenwoordiging te stimuleren.
Gloednieuwe of oudere maar nog steeds relevante publicaties van de Schone Kleren Campagne? Je vindt ze hier!
De nieuwsbrief van de Schone Kleren Campagne brengt je 4x per jaar op de hoogte van alles wat met schone kleren te maken heeft: actualiteit, campagnes, solidariteitsoproepen, aankooptips.
Nike heeft een recordbedrag uitgegeven aan advertenties tijdens de Olympische Spelen in Parijs. Tegelijkertijd weigert het merk de mensen die hun kleding maken te betalen waar ze recht op hebben. Om hen op te roepen hun verantwoordelijkheid te nemen, voerden activisten actie.
Een delegatie van activisten bezocht de winkels van Primark, Zara, H&M en C&A in de Nieuwstraat in Brussel. Met een open brief en lege dozen herinnerden ze de merken aan hun beloften rond leefbare lonen en betuigden ze hun steun aan de kledingarbeid(st)ers in Bangladesh die al weken demonstreren voor een fatsoenlijk loon. Tijdens confrontaties met de politie werden er al 4 arbeiders gedood en raakten tientallen mensen gewond, velen anderen werden gearresteerd.
De regering van Bangladesh heeft een nieuw minimumloon van 12.500 BDT (105 euro) per maand aangekondigd, en negeert daarbij de smeekbedes van kledingarbeid(st)ers. Al drie demonstranten werden gedood tijdens de protesten. De kledingmerken blijven de andere kant uitkijken.
Na vijf jaar komt er eindelijk nog eens een loonsverhoging aan voor de kledingarbeiders in Bangladesh. Maar die loonsverhoging dreigt wel héél mager uit te vallen nu de werkgevers een schandalig voorstel van €89 per maand op tafel gelegd hebben. De fast fashion-merken, die al jaren leefbare lonen beloven, weigeren hun steun uit te spreken voor de looneis van de vakbonden.
De Schone Kleren Campagne, achACT en verschillende van hun lidorganisaties steunen de vakbonden in Bangladesh in hun eis voor een verhoging van het minimumloon voor kledingarbeid(st)ers van de huidige 8.000 BDT (minder dan 70 EUR) naar 23.000 BDT
Vanmiddag rolde een reusachtige bal gemaakt van kleren door de Nieuwstraat, dé winkelstraat in Brussel. De bal staat symbool voor de fast fashion, een model dat steeds verder dendert, onderweg vele slachtoffers maakt en de wereld opzadelt met bergen afval. Na de performance was er een herdenking van de slachtoffers van de instorting van het Rana Plaza complex in Bangladesh op 24 april 2013, waarbij 1138 kledingwerkers omkwamen.
Het Pakistan Akkoord ziet eindelijk het daglicht: een grote stap vooruit voor de veiligheid en gezondheid van miljoenen kledingwerkers in Pakistan. Het Pakistan Akkoord is een nieuw hoofdstuk voor het Internationaal Akkoord voor Gezondheid en Veiligheid in de kleding- en textielsector, dat tot nu toe alleen in Bangladesh werd uitgevoerd.
Negen jaar na de instorting van het Rana Plaza-gebouw in Dhaka, Bangladesh, ligt de gruwel van het drama nog vers in het geheugen. Bij de ramp kwamen 1134 kledingarbeiders om het leven en raakten er ongeveer 2500 gewond. Achter de tragedie gaat een schokkend gebrek aan verantwoordelijkheid van kledingmerken en -ketens schuil. In België en Europa liggen voorstellen op tafel die net die verantwoordelijkheid in wetten gieten. Maar het proces gaat tergend traag. Daarom voerden we actie. Hier vind je ons persbericht.
Een onderzoek van onze Zwitserse collega's Public Eye beschuldigt de populaire kledingapp Shein van moderne slavernij. Werknemers in Chinese fabrieken moeten er werkweken van 75 uur doen tegen een hongerloon. Shein is binnen de modewereld uniek, omdat het online voortdurend data over nieuwe mode verzamelt en binnen enkele dagen nieuwe kledij kan produceren en verkopen. Shein heeft ook een onderaanneming in Luik. Lees hier het artikel dat VRT-journalist Tim Verheyden erover schreef.
Nike maakte tijdens de jaarlijkse aandeelhoudersvergadering een resultaat bekend van 44,5 miljard USD. Het resultaat is een stijging van 19%. Tegelijk wachten de werknemers die de producten van Nike maken al maanden op achterstallige lonen en ontslagvergoedingen. Een juridisch bindende overeenkomst over lonen, ontslagvergoedingen en vakbondsvrijheid tussen bedrijven in de mode- en sportkledingindustrie en vakbonden moet een einde maken aan dit onrecht.
Grote merken als H&M, Inditex (Zara), C&A, PVH (Tommy Hilfiger, Calvin Klein), en Bestseller (Jack&Jones, Vero Moda) hebben het nieuwe Internationale Akkoord voor Veiligheid en Gezondheid in de Textiel- en Kledingindustrie ondertekend. Enkele andere grote namen, zoals Primark, Mango en Adidas zijn er nog niet bij. In totaal hebben 100 kledingmerken en -retailers getekend sinds het Akkoord eind augustus het levenslicht zag.
Kledingmerken en vakbonden zijn het eens geraakt over een nieuw akkoord over gebouw- en brandveiligheid in kledingfabrieken. Het nieuwe akkoord geldt niet alleen voor de kledingfabrieken in Bangladesh, maar kan ook uitgebreid worden naar andere productielanden. Veilige fabrieken voor álle kledingwerkers komt zo een stap dichterbij!
Op 15 mei bestond het Bangladesh Akkoord precies acht jaar. De overeenkomst, die kort na de instorting van het Rana Plaza tot stand kwam, zorgde voor veiligere fabrieken voor meer dan twee miljoen kledingarbeiders in ongeveer 1600 fabrieken. Toch is er geen reden tot feest. Op 31 mei loopt het Akkoord af en de onderhandelingen voor een opvolger lopen moeilijk.
Herinner je je 24 april 2013 nog? De dag waarop Rana Plaza, een gebouw dat 5 kledingfabrieken huisvestte, instortte bovenop duizenden kledingarbeid(st)ers, in Dhaka, Bangladesh. 8 jaar na de instorting van #RanaPlaza, roepen we België op om met een ambitieuze ketenzorgwet te komen. Het is tijd om bedrijven te verplichten de mensenrechten in hun toeleveringsketens te respecteren. Doe mee met de Bike Ride om onze boodschap over te brengen!
Herinner je je 24 april 2013 nog? De dag waarop Rana Plaza, een gebouw dat 5 kledingfabrieken huisvestte, instortte bovenop duizenden kledingarbeid(st)ers, in Dhaka, Bangladesh.
Herinner je je 24 april 2013 nog? De dag waarop Rana Plaza, een gebouw dat 5 kledingfabrieken huisvestte, instortte bovenop duizenden kledingarbeid(st)ers, in Dhaka, Bangladesh.
Op donderdag 1 april 2021, twee maanden na het begin van de militaire staatsgreep in Myanmar, kwamen de platforms van achACT en de Schone Kleren Campagne bijeen voor een symbolische actie om de strijd voor de democratie in Myanmar te ondersteunen. In het weekend van 27 en 28 maart kwamen, naast de honderden doden die al geregistreerd werden, nog eens 169 mensen om het leven, waaronder enkele kinderen.
Anno 2021 kopen we nog steeds heel wat producten waar milieu- en mensenrechtenschendingen aan kleven. Iedereen kent de vreselijke beelden uit onveilige kledingfabrieken in Bangladesh en van Congolese kobaltmijnen waar kinderen werken. De Schone Kleren Campagne ijvert - samen met vele andere organisaties - al lang voor bindende regels. Doe mee aan de campagne #HoldBizAccountable via deze link!
Het legendarische Fair Fashion Fest is terug! Schone Kleren Campagne is voor deze editie partner van Gent Fair Trade. De organisatoren brengen je vier avonden in contact met duurzame modepioniers en inspirerende mensen zoals Sara Ditty (Fashion Revolution International), Kalpona Akter (Bangladesh Center for Worker Solidarity) en Luciana Duarte (Ethical Fashion Brazil).
Pay Your Workers: een gigantische fresco op de zo goed als lege Nieuwstraat in Brussel vraagt de modemerken en –ketens om hun verantwoordelijkheid te nemen voor de lonen van de kledingarbeid(st)ers in hun keten. Want door de wereldwijde Coronacrisis werden zij massaal op straat gezet. De fresco was een initiatief van de Schone Kleren Campagne en achACT en werd gemaakt door de street artists pARTerre.
Maanden na het begin van de coronapandemie heeft kledinggigant C&A ermee ingestemd om de bestellingen die al vóórdien waren geplaatst, volledig te betalen. Deze beslissing volgde op een campagne gericht tegen merken die orders hadden geannuleerd of weigerden te betalen. Op deze tracker kan je zien welke merken nog steeds niet betaald hebben.
Werknemers van de Tanex-kledingfabriek in Roemenië hebben hun achterstallige lonen ontvangen na lokale en internationale druk. In de eerste maanden van de pandemie kregen ze maar 140 euro, ongeveer de helft van hun normale maandloon. Heldin in het verhaal is Angelica Manole, één van de kledingarbeidsters. Angelica gooide haar loonfiche op het internet. Daarmee bracht ze de bal aan het rollen.
Bij de modemerken die bestellingen in Bangladesh annuleerden of opschortten, zijn zestien (middel)grote Belgische kledingbedrijven. In totaal gaat het om bijna 7 miljoen kledingstukken, ter waarde van ruim 15 miljoen euro. Uit onderzoek blijkt dat alleen al in Bangladesh, wat betreft de Belgische merken, bijna 80.000 arbeiders getroffen werden door de geannuleerde bestellingen. Lees meer in dit artikel van Sarah Van Doorne, dat tot stand kwam dankzij steun van COSH! Conscious Shopping Made Easy.
Hoe groot de financiële gevolgen zijn van de coronacrisis voor de kledingarbeidsters bleef tot nu toe onduidelijk. Nu zijn er wèl cijfers: nieuw onderzoek van de internationale Clean Clothes Campaign berekende het totale bedrag aan lonen dat kledingarbeidsters verloren door de pandemie in de maanden maart, april en mei. Het rapport concludeert dat tussen de 2,7 en 4,9 miljard euro aan verschuldigde salarissen niet is uitbetaald.
Zeven jaar na de instorting van Rana Plaza in Bangladesh zijn de levens van kledingarbeiders opnieuw in gevaar. Kledingmerken annuleren bestellingen bij hun leveranciers of stellen betalingen uit. Daardoor verliezen kledingarbeiders massaal hun job. Ceo’s van kledingbedrijven waarschuwen intussen voor economisch drama’s als ze niet snel kunnen heropenen. De Schone Kleren Campagne vraagt dat steunmaatregelen een hefboom zijn voor schone kleren. Bedrijven die publieke steun ontvangen moeten de mensenrechten en het milieu respecteren. Verliezen afwentelen op de leveranciers hoort daar niet bij.
C&A annuleert bestellingen, ook als ze klaar liggen om verscheept te worden. Daardoor worden honderden leveranciers over de hele wereld in ernstige financiële problemen gebracht, met massale ontslagen van werknemers tot gevolg. De familie Brenninkmeijer, die 100% van C&A in handen heeft, is een van de rijkste families van Europa met een vermogen van meer dan 20 miljard euro. De familie pakt graag uit met hun ‘goede werken’.
Retailers in binnen- en buitenland vrezen voor een bloedbad door de coronacrisis. Ook kledingarbeiders zijn daar het slachtoffer van. Velen zijn technisch werkloos of worden ontslagen, zonder vergoeding of vervanginkomen. Anderen worden gedwongen om alsnog te gaan werken, terwijl het risico op besmettingen in fabrieken groot is. Dus doen arbeidsters wat net niet zou mogen in tijden van corona: samen op straat hun rechten opeisen. Lees hier het artikel van Sarah Van Doorne op mo.be
Het coronavirus treft mensen over de hele wereld, en dus ook de mensen die onze kleren naaien. Ze lopen niet alleen het risico om ziek te worden, ze kunnen ook hun job verliezen. In Cambodja en Myanmar moesten tientallen fabrieken al tijdelijk sluiten vanwege een tekort aan grondstoffen uit China. En omdat kledingwinkels in veel consumptielanden tijdelijk de deuren moeten sluiten, zullen ook de kledingfabrieken minder werk krijgen. Het gevolg: nog meer (tijdelijke) ontslagen. Andere landen sluiten dan weer fabrieken om de verspreiding van het virus tegen te gaan.
De vierde editie van het Fair Fashion Fest, het festival voor eerlijke mode, gaat niet door op 25 en 26 april en wordt uitgesteld naar 28 en 29 november. Deze beslissing kwam er na de genomen maatregelen in de strijd tegen het coronavirus. Het Industriemuseum Gent zou dit jaar niet één, maar twee dagen in het teken van eerlijke mode staan.
Inditex, de eigenaar van het merk Zara, maakt twee keer meer winst per hoodie dan alle mensen die betrokken zijn bij de productie er samen aan verdienen. Dat blijkt uit onderzoek van enkele organisaties uit het internationale Clean Clothes Campaign netwerk, in samenwerking met het Franse onderzoeksbureau BASIC. Het onderzoek legde ook de omstandigheden bloot waarin de hoodie werd geproduceerd: mager loon, buitensporige uren en precaire contracten.
Waar vind je fair fashion? Het blijft moeilijk om die vraag te beantwoorden. Want 'fair' betekent voor jou misschien iets anders dan voor mij. Ben je vooral op zoek naar kleding met een lage milieu-impact? Circulaire mode? Of wil je in de eerste plaats dat kledingarbeiders een waardige job hebben? Of een combinatie van dat alles? COSH!, een nieuwe online tool, belooft je daarbij helpen.
Bedrijven die wél inspanningen doen om ethischer te produceren, worden in ons land benadeeld. Ze moeten concurreren met bedrijven die zich weinig aantrekken van de mensenrechten in hun keten. Het is alsof het braafste kind van de klas in de hoek wordt gezet en de anderen langer buiten mogen spelen. Er is dringend nood aan een gelijk speelveld! JBC en Bel&Bo ondertekenden een brief van de Schone Kleren Campagne en achACT, gericht aan Kris Peeters, minister van Werk, Economie en Consumentenzaken.
Ter gelegenheid van 6 jaar Rana Plaza schreven 25 organisaties een open brief aan de Belgische partijvoorzitters. Want Rana Plaza is helaas niet het enige voorbeeld van inbreuken op de mensenrechten of schade aan het milieu door bedrijven met internationale activiteiten. Daarom vragen ze een Belgische wet die bedrijven verplicht de mensenrechten en het milieu te respecteren.
De Schone Kleren Campagne, achACT en hun lidorganisaties voerden vandaag actie in Brussel. Met de actie vragen ze een wet die kledingbedrijven dwingt om de basisrechten in hun internationale toeleveringsketens te respecteren. Het is vandaag zes jaar geleden dat het Rana Plaza complex instortte. Daarbij vielen 1138 doden en meer dan 2000 gewonden.
Veilige fabrieken, leefbare lonen en een einde aan repressie tegen kledingarbeiders in Bangladesh. Dat eisten de Schone Kleren Campagne, Franstalige tegenhanger achACT en hun lidorganisaties vandaag voor de ambassade van Bangladesh in Brussel. Soortgelijke acties vonden deze week plaats voor ambassades en consulaten van Bangladesh in Londen, Genève, Madrid, New York, Den Haag en Washington DC in een Internationale week van Solidariteit.
H&M beloofde in 2013 dat 850.000 werknemers die H&M kleding naaien een leefbaar loon zouden verdienen tegen 2018. Actievoerders hielden op 11 december een flashmob in de Langemunt in Gent om hen aan die belofte te herinneren. "Beloofd is beloofd!" De actie kadert in de internationale campagne “Turn Around, H&M”. De afgelopen weken gingen acties door in 30 steden wereldwijd. Teken de petitie! Al 140.000 mensen gingen je voor!
De beslissing over het Bangladesh Akkoord begint op een uitputtingsslag te lijken. De zaak zou normaal voorkomen op 6 december, maar werd verdaagd naar 10 december. Dan wordt beslist of het Bangladesh Akkoord vanuit Bangladesh mag blijven functioneren. De regering van Bangladesh ziet de inspecteurs liever vertrekken. Internationale organisaties, de Europese Commissie, ngo's én kledingmerken zeggen dat de regering er niet klaar voor is om de inspecties over te nemen.
55 euro per maand. Dat is al bijna 5 jaar het minimumloon voor kledingarbeiders in Bangladesh. Op 13 september besliste de regering van Bangladesh om dat loon te verhogen tot 8000 Taka, of 83 euro per maand. Dat lijkt een fikse loonsverhoging, maar is het niet. Kledingarbeiders komen hiermee absoluut niet rond. De Bengaalse vakbonden vragen een minimumloon van 16.000 taka of 165 euro. Steun hun eis en vraag kledingmerken hetzelfde te doen! #WeDemandTk16000
Werknemers die kleren stikken bij H&M’s zogenaamde ‘beste’ leveranciers verdienen nog steeds een hongerloon. Dat blijkt uit een onderzoek van de internationale Schone Kleren Campagne. Bulgaarse leveranciers betalen zelfs niet de wettelijke minimumlonen en laten hun werknemers tot 80 uur per week werken. “Je gaat de fabriek binnen om 8 uur ‘s morgens, maar je weet niet wanneer je terug buiten bent. Soms gaan we pas om 4 uur ‘s nachts naar huis,” zegt een werknemer die kleren maakt voor H&M bij Koush Moda, een H&M leverancier in Bulgarije.
Privacyverklaring Schone Kleren wordt beheerd door Wereldsolidariteit vzw. Wij respecteren de veiligheid en het vertrouwelijke karakter van uw persoonlijke gegevens. Wereldsolidariteit ( WSM) respecteert uw privacy. Wij behandelen uw persoonsgegevens op correcte en eerlijke wijze, conform de eisen van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (Verordening EU 2016/679, kortweg genoemd AVG, ook gekend als General Data Protection Regulation (GDPR)) en eventuele andere wet- en regelgeving inzake de bescherming van de persoonlijke levenssfeer. In deze Privacyverklaring wordt uiteengezet hoe WSM met persoonsgegevens omgaat. De organisatie WSM voorziet in maatregelen inzake informatiebeveiliging en een conform de toepasselijke wetgeving uitgewerkt Privacybeschermingsbeleid. Het beleid ter zake wordt mee ondersteund door daartoe aangestelde personen binnen de organisatie. WSM stelt geen functionaris voor gegevensbescherming (DPO) aan, gezien de grootte van de organisatie (minder dan 250 werknemers) en het feit dat de organisatie niet aan grootschalige gegevensverwerking doet. Deze privacyverklaring is opgedeeld in een algemeen deel, een deel specifiek voor de informatieverwerkende systemen (software, databanken, …), een deel met betrekking tot de websites en tot slot een deel over de Nieuwsbrieven. 1. Algemeen Over Wereldsolidariteit WSM WSM houdt gegevens bij om inventarissen te maken, acties voor te bereiden, diensten te leveren en informatie te verstrekken, dit aan overheden (bijvoorbeeld: subsidiërende overheden, Sociale zekerheid, Financiën), inspectiediensten, vrijwilligers en burgers. Dit alles gebeurt met als algemene doelstelling de dienstverlening aan en informeren van de personen waarmee WSM in verschillende hoedanigheden contact heeft, zo goed mogelijk te verzekeren.Identificatie van de verantwoordelijke voor de verwerking van persoonsgegevensWereldsolidariteit VZW WSM - Haachtsesteenweg 579 - 1030 Brussel - BelgiëTel. 02 246 36 71Fax 02 246 38 85E-mail: wereldsolidariteit@wsm.beWebsites: www.wereldsolidariteit.be; www.solmond.be; www.cleanekleren.be; www.vetementsclean.be; www.schonekleren.be KBO-nummer (= ondernemingsnummer): 0413.986.102 RPR BrusselBTW-nummer: BE 0413.986.102Rekeningnummers: Belfius BE96-7995-5000-0005 Bic: GKCCBEBBvdk bank BE41-8900-1404-3510 Bic: VDSPBE91 Belfius BE09-7995-5004-4057 Bic: GKCCBEBB 2. De informatieverwerkende systemen Dit onderdeel van de Privacyverklaring beschrijft de gegevensverwerkingen op gestructureerde wijze, hoofdzakelijk door informaticasystemen en -oplossingen (software, databanken) van WSM. 2.1 Verwerking van persoonsgegevens WSM verwerkt persoonsgegevens van u als burger of als medewerker van een overheid/bestuur, organisatie of onderneming. In die hoedanigheid worden uw gegevens verwerkt als van een "betrokkene" en/of krijgt u toegang tot één of meerdere informatieverwerkende systemen.De Algemene Verordening Gegevensbescherming definieert het begrip 'verwerking' als volgt (AVG Art. 4): "een bewerking of een geheel van bewerkingen met betrekking tot persoonsgegevens of een geheel van persoonsgegevens, al dan niet uitgevoerd via geautomatiseerde procédés, zoals het verzamelen, vastleggen, ordenen, structureren, opslaan, bijwerken of wijzigen, opvragen, raadplegen, gebruiken, verstrekken door middel van doorzending, verspreiden of op andere wijze ter beschikking stellen, aligneren of combineren, afschermen, wissen of vernietigen van gegevens".WSM verzamelt, registreert en verwerkt persoonsgegevens om haar relaties een betere dienstverlening te kunnen garanderen. Hierbij streven we er steeds naar enkel die gegevens te verzamelen die noodzakelijk zijn om het beoogde doel te realiseren. WSM heeft een aantal gegevens van u nodig: om wettelijke verplichtingen na te komen; om u als donateur een fiscaal attest te kunnen bezorgen; om bepaalde administratieve handelingen te kunnen verrichten (financiële administratie en facturatie en dergelijke); om contractuele verbintenissen te realiseren (bijvoorbeeld: u bestelde wenskaarten); om u, indien gewenst, op de hoogte te houden van nieuwe ontwikkelingen aangaande één of meerdere thema's waarvoor WSM zich sterk maakt en als dusdanig ook publiek uitdrukt. In dit kader verwerkt WSM - naargelang de aard van de relatie met u als informatiezoekende, donateur, vrijwilliger of medewerker van een overheid/bestuur, organisatie of onderneming en de daarvoor noodzakelijke verwerking van (persoons)gegevens -, mogelijks de volgende gegevens: Aanhef/aanspreking Voornaam Tussenvoegsel Familienaam Rijksregisternummer (voor sociale zekerheid werknemers) Geslacht Geboortedatum Leeftijd of geboortejaar Nationaliteit Adres(sen) E-mailadres(sen) Telefoon/gsm/fax Afbeelding/beeldmateriaal (foto, film) Gezinssituatie (van werknemers) Medische gegevens (bijvoorbeeld in het kader van een inleefreis) Gegevens over leefgewoonten (bijvoorbeeld: inschrijving voor maaltijd, melding van bepaalde allergie) Financiële gegevens (bijvoorbeeld: bankrekeningnummer, betalingssituatie, debetnota’s) Gegevens over identiteitsbewijzen (bijvoorbeeld: eID, paspoort, rijbewijs – voornamelijk voor medewerkers en leden Raad van Bestuur en/of in kader van verzekeringen) Organisatie Taal WSM verzamelt niet meer gegevens dan noodzakelijk voor de dienstverlening die zij geacht wordt te leveren en wenst deze niet langer bij te houden dan wettelijk verplicht, noodzakelijk of aanvaardbaar.In principe gebeurt er geen systematische verwerking van persoonsgegevens van kinderen onder de door de AVG en de Belgische wetgever bepaalde leeftijdsgrens. Als dit wel gebeurt (bijvoorbeeld voor verzekering, of voor werknemers in het kader van de sociale zekerheid), is dit met medeweten en toestemming van ouders of voogd.Voor opname en gebruik (publicatie) van beeldmateriaal zoals foto of film, wordt gevraagd om akkoord als de geportretteerden duidelijk individueel herkenbaar zijn. Voor beeldopnamen van groepen of op een zekere afstand waardoor er minder herkenbaarheid is, zijn er in het algemeen minder beperkingen van toepassing. Alleszins wordt rekening gehouden met de toepasselijke wet- en regelgeving op dit vlak. Gegevens die u zelf doorgeeft aan WSM Donateurs/schenkersAls u een online gift doet, verzamelen we uw naam, adres en e-mailgegevens om deze gift te kunnen verwerken en u een fiscaal attest te bezorgen als het totaal van uw giften aan WSM op jaarbasis meer bedraagt dan de door Financiën bepaalde drempelwaarde om een attest af te leveren. We verzamelen uw gegevens eveneens om u te kunnen informeren over wat er met uw gift gebeurt in het kader van de informatieplicht waartoe wij ons via ons lidmaatschap bij de VEF (Vereniging voor Ethiek in de Fondsenwerving) engageren. Ook als u per overschrijving via uw bank een gift doet, verwerken we de door de bank bezorgde gegevens die noodzakelijk zijn om aan u, in geval van het bereiken van de drempelwaarde op jaarbasis, een fiscaal attest te kunnen afleveren én in het kader van de VEF-informatieplicht. KlantenAls u een aankoop verricht bij WSM, verzamelen we de noodzakelijke contactgegevens (naam en adresgegevens, eventueel telefonische bereikbaarheid) voor de facturatie en levering.VrijwilligersAls u zich opgeeft als vrijwilliger voor een actie of voor een meer langdurig engagement, vragen we uw naam, woonplaats en telefoonnummer. In het kader van een verzekering voor een welbepaalde activiteit, kan ook een geboortedatum noodzakelijk zijn. Nieuwsbrieven, inschrijvingen voor evenementen of activiteitenWSM biedt verscheidene nieuwsbrieven aan waarmee we geïnteresseerden willen informeren over diverse aspecten van onze werking. Hiervoor vragen we voor de elektronische nieuwsbrieven uw e-mailadres en uw naam. Voor de bezorging van nieuwsbrieven in gedrukt vorm, hebben wij uw adres nodig. Voor onze elektronische nieuwsbrief voegen wij uw gegevens alleen met uw expliciete toestemming aan de lijst van nieuwsbriefabonnees. Elke e-nieuwsbrief bevat een link waarmee u zich kunt afmelden. U kunt ons eveneens op elk moment telefonisch, per brief of e-mail contacteren met de vraag uw gegevens in te kijken, te wijzigen of te schrappen. Inschrijving voor evenementen of activiteitenAls u zich inschrijft voor een evenement dat WSM organiseert (startdag, 20km van Brussel,...), verzamelen we uw naam en e-mailgegevens en vragen we soms (optioneel) uw woonplaats, geboortejaar, geslacht en/of organisatie. Bepaalde informatie wordt gevraagd omwille van verplichtingen die subsidiërende overheden ons opleggen opdat zij kunnen nagaan welke doelgroepen met bepaalde activiteiten worden bereikt (bijvoorbeeld: geslacht, om genderevenwicht na te gaan). CommunicatieWanneer u e-mail of andere berichten naar ons verzendt, is het mogelijk dat we die berichten bewaren om u verder van dienst te kunnen zijn. Soms vragen we u om bepaalde persoonsgegevens die voor de desbetreffende situatie relevant zijn. Dit maakt het mogelijk uw vragen te verwerken en uw verzoeken te beantwoorden. PetitieBij het ondertekenen van één van onze petities geeft u WSM de toestemming om de volgende gegevens van u te bewaren: uw naam uw e-mailadres Uw gegevens worden enkel in het kader van deze petitie bewaard, en dit tot het einde van de campagne, dan overhandigen we de petitie aan de beoogde instanties. Hierbij geven wij geen namen of e-mailgegevens door. Wij geven enkel een indicatie van het aantal ondertekenaars. Gegevens die automatisch verzameld wordenTijdens het gebruik van de informatieverwerkende systemen door medewerkers of door uzelf (bijvoorbeeld bij ingave in of consultatie van een via webtoegang beschikbaar gestelde applicatie), worden door WSM en/of de door WSM daartoe aangewezen verwerkers ook bepaalde gegevens verzameld. Het gaat hier om gegevens die vereist zijn voor de dienstverlening en de bewaking van de kwaliteit van de verzamelde data van WSM. Deze gegevens kunnen door WSM of een door WSM aangewezen verwerker/dienstverlener onder strikte voorwaarden gebruikt...
Terwijl de Belgen zich klaarmaken om de Rode Duivels toe te juichen, brengt het internationaal rapport ‘Foul Play’ aan het licht dat Adidas en Nike hongerlonen betalen aan de duizenden vrouwen die de voetbalshirts en schoenen van de voetballers en supporters naaien. In Indonesië verdienen kledingarbeiders tussen de 82 en 200 euro per maand, terwijl dat minstens 363 euro per maand zou moeten zijn. Een kwestie van prioriteiten stellen, want de budgetten voor marketing en sponsoring zijn in 10 jaar tijd verdubbeld.
En toen waren ze al met acht! ECG, die de kledingproductie regelt voor onder andere E5 Mode, is het volgende Belgische kledingbedrijf dat toetreedt tot de Fair Wear Foundation (FWF). CEO Alexander Talpe: ‘De consument stelt zich meer en meer vragen over het verhaal achter zijn kleren.’ Uitkijken naar het volgend Belgisch kledingbedrijf dat inziet dat het verhaal achter het label even belangrijk is als kwaliteit, prijs en uitstaling...
1.138 paar lege schoenen. Daarmee herdacht de Schone Kleren Campagne de slachtoffers van de instorting van een grote kledingfabriek in Bangladesh, vandaag 5 jaar geleden. Vandaag zijn de kledingfabrieken er veiliger dan in 2013, maar leven de kledingarbeid(st)ers nog steeds in krottenwijken. MC Lily, bekend van Belgium’s Got Talent en De Slimste Mens, was erbij in Antwerpen en rapte: “Zijn wij ’t akkoord dat die mensen worden uitgezogen? Als ge dat hoort, blijft ge dan onbewogen? Dat snel en grondig veranderen, dat zou wel ‘ns mogen!”
Primark opent eind april een flagshipstore in Antwerpen, en dat zullen we geweten hebben. In verschillende kranten mag Paul Lister, de verantwoordelijke ethisch ondernemen van het bedrijf, zich uitgebreid verdedigen tegen hun slechte ethische imago. Hun voornaamste argumenten? Primark koopt grote volumes in, betaalt de fabrieken op tijd en bestelt in rustige periodes. De Schone Kleren Campagne nam hun beweringen onder de loep in een opiniestuk in De Morgen.
Meer dan 100 organisaties roepen op een einde te maken aan de politiek gemotiveerde vervolging van Tola Moeun. Tola is de directeur van Center for the Alliance of Labor and Human Rights (CENTRAL) en een gerenommeerd bepleiter van arbeidsrechten in Cambodja. Mensenrechtenactivisten en vakbonden worden in Cambodja ongenadig hard aangepakt en ook de situatie voor de vakbonden verslechtert zienderogen.
De Schone Kleren Campagne overhandigde geschenkdozen met 70.000 handtekeningen aan Armani en Urban Outfitters in Antwerpen. Bijna 70.000 mensen doen hiermee een oproep aan de grote kledingmerken en -distributeurs Armani, Primark, Urban Outfitters, Forever 21 en Walmart om informatie te publiceren over de fabrieken waar ze hun kleding produceren. "De tijd dat we in het puin van een ingestorte fabriek moesten zoeken naar etiketten zou nu eindelijk voorbij moeten zijn."
Iedereen voelt het, dit wordt het WK waarin jullie, de Gouden Generatie, het waarmaken. Vanaf morgen kan het beginnen: het afwegen van jullie kansen in de groepsfase van het WK, de analyses van de tegenstanders. Binnen enkele maanden staat er elke dag wel een verhaal over de voorbereidingen in de krant, en dan moet het WK nog beginnen. Wij zijn in elk geval grote fan. Maar hoe zit het met de vrouwen achter de Rode Duivel-outfits van Adidas?
Een nieuw rapport van de internationale Schone Kleren Campagne documenteert de hongerlonen en andere grimmige arbeidsomstandigheden in de kleding- en schoenindustrie in heel Oost- en Zuidoost-Europa. Hoewel ze overuren werken, verdienen veel arbeidsters in Oekraïne bijv. slechts 89€ per maand, terwijl een leefbaar loon het vijfvoudige daarvan zou moeten bedragen. Modemerken als Benetton, Esprit, GEOX, Triumph en Vero Moda zijn klant van deze fabrieken.
Kiabi, de "Nieuwe Primark" komt naar Vlaanderen. Kiabi positioneert zich als een kledingketen voor het hele gezin met mode aan extreem lage prijzen. Bij Kiabi kun je een kind voor 15 à 20 € en een volwassene voor 25 à 40 € kleden. Een T-shirt kost er 3 €. Zelf beweert het bedrijf dat het eerlijke producten verkoopt. Maar is dat geloofwaardig, tegen die prijzen? In Brussel en Wallonië zijn er intussen al vier vestigingen, de volgende halte is Vlaanderen.
Het Repair & Share Fest is hét feest van repareren, maken en delen. Kom op zaterdag 18 november naar NEST (de oude stadsbib in Gent) en laat je inspireren! Wat staat er op het programma: een inspiratiemarkt met tal van initiatieven rond repareren, maken en delen, een gezellig geefplein, een Repair Café XXL, een Repair Battle, boeiende sprekers en workshops voor jong en oud.
Op maandag 3 juli kwamen tenminste 12 mensen om en raakten tientallen gewond als gevolg van een boiler explosie in de Multifabs Ltd. fabriek in Bangladesh. De explosie toont het gevaar aan van slecht onderhouden en ongecontroleerde boilers in de kledingindustrie. Multifabs produceert voor kledingmerken die het Bangladesh Akkoord hebben ondertekend en werd dus geïnspecteerd. Maar boilers worden niet geïnspecteerd.
“Jij ziet graag af in jouw sportkleren, maar niemand ziet graag af voor jouw sportkleren”. Dat was het uitgangspunt voor de undercover-operatie die Wereldsolidariteit en ACV in mei tot in de kledingfabrieken van Cambodja bracht. Bedoeling was om de slechte werkomstandigheden te meten in fabrieken die sportkleding maken voor internationale merken als Puma, Nike, New Balance en Adidas. Een dappere arbeidster droeg een hele werkdag lang trainingsgadgets die haar vitale functies hebben geregistreerd. Haar resultaten zijn te vergelijken met de prestaties van een topsporter.
In Cambodja werkt een kledingarbeidster meer dan 10 uur per dag, 6 dagen op 7, voor een hongerloon. Tijdens een werkdag verbrandt ze evenveel calorieën als een sporter die 4 uur hardloopt. Jij ziet graag af in sportkleren, maar niemand ziet graag af voor jouw sportkleren. Deze spot maakt consumenten warm om de #cleanekleren campagne van Wereldsolidariteit en ACV te steunen. Made in Cambodja, net zoals jouw sportkleren. Vanaf 16 juni te zien op de zenders VTM, Caz, Q2 en Vitaya.
Wie maakt jouw kleren? Misschien wel iemand in Centraal-Amerika. Daar werken textielarbeiders in slechte omstandigheden in de zogeheten maquilas. Maquilas zijn bedrijven in de Centraal-Amerikaanse vrijhandelszones. In die zones krijgen de bedrijven ‘speciale’ voorwaarden die verschillen van de rest van het land. Zo zijn ze er bijvoorbeeld vrijgesteld van vennootschapsbelastingen, importtarieven op goederen of gemeentelijke belastingen. FOS, lid van de Schone Kleren Campagne, werkt in Honduras, Nicaragua en El Salvador samen met lokale organisaties.
Het is intussen vier jaar geleden dat het Rana Plaza gebouw in Bangladesh instortte en het leven kostte aan 1.138 werknemers. De verontwaardiging was enorm en er volgden heel wat initiatieven om de werkomstandigheden te verbeteren. Mooi, maar vaak te vrijblijvend. Daarom stemde het Europees Parlement op 27 april voor verplichte transparantie binnen de kledingindustrie. De organisaties van de Schone Kleren Campagne roepen met meer dan 60 andere organisaties de Europese Commissie in een open brief op om het rapport van het Europees Parlement serieus te nemen.
Wereldsolidariteit en ACV voeren campagne voor #cleanekleren, of 'schone sportkledij'. In 2017 willen ze de Belgische sportmerken overtuigen om voor "cleane" kleren te gaan. Daarvoor hebben ze jou nodig! Help kledingarbeidsters aan een leefbaar loon en een veilige werkplaats door net als Philippe Gilbert de petitie te tekenen! Zo trekken we sportmerken samen over de streep om schone sportkleren te produceren!
Grote internationale kledingmerken en distributeurs als Carrefour, Desigual, Foot Locker, Hugo Boss, MANGO, Primark, Sainsbury’s, The Children’s Place, en Walmart weigeren om info over leveranciers te publiceren. Eis dat ze dat wel doen en teken de petitie! Zeventien andere bedrijven onderschreven wél de ‘Transparantiegarantie’ van een coalitie van vakbonden en mensen- en arbeidsrechtenorganisaties.
Meer dan 1600 werknemers ontslagen, invallen in kantoren van vakbonden en huizen van vakbondsleiders, 14 vakbondsleiders- en activisten opgepakt, aanklachten ingediend tegen 700 werknemers en vakbondsleiders. De Bengaalse regering en werkgeversfederatie BGMEA schuwen geen enkel middel om een einde te maken aan de protesten in Ashulia, een wijk van Dhaka, Bangladesh.
Binnenkort soldenperiode. Koopjes: fijn. Maar waar kan ik met een gerust geweten gaan shoppen? Bel&Bo en JBC krijgen alvast een goed rapport over hun stappen naar betere arbeidsomstandigheden in de fabrieken waar zij kleren laten maken.
Terwijl de aandeelhouders van H&M vandaag verzamelen in Stockholm, roept de Schone Kleren Campagne het bedrijf op om meer vaart te zetten achter de noodzakelijke renovaties in de fabrieken in Bangladesh die H&M bevoorraden. Activisten van de Schone Kleren Campagne voerden een veiligheidscontrole uit in het H&M-filiaal in Leuven en overhandigden een brandblusapparaat aan het management. Gelijkaardige acties gebeurden in 27 steden wereldwijd.
Drie jaar na de instorting van Rana Plaza is er nog steeds een stuitend gebrek aan transparantie in de kledingindustrie. Consumenten hebben daardoor geen enkel idee waar de kleding die ze kopen vandaan komt, en onder welke omstandigheden ze gemaakt is. Kledingbedrijven zouden hun leverancierslijsten moeten publiceren én aantonen dat ze al het mogelijk doen om de mensenrechten te respecteren. Daarvoor is ook politieke druk nodig. En die ontbreekt.
De Cambodjaanse overheid wil een nieuwe vakbondswet invoeren die een loopje neemt met vakbondsvrijheid en collectief onderhandelen, wat volledig in strijd is met de IAO-normen. Meer dan veertig organisaties stuurden een open brief aan de kledingmerken op initiatief van de Clean Clothes Campaign.
Op 8 maart ontvangt de Vooruit in Gent Safia Minney, de oprichtster en bedrijfsleidster van People Tree. Het pioniersmerk People Tree was bij de eersten om duurzame kledij actief te promoten en te produceren. In een kwarteeuw tijd bood het merk actief steun aan meer dan vierduizend boeren in zes landen. Aan een eerlijke prijs voor de grondstoffen en een correct salaris voor de textielarbeidsters. Safia Minney vertelt vol bezieling over de mode-industrie en over haar 25 jaar ervaring in de modewereld.
In de ochtend van 2 februari is er brand uitgebroken in de Matrix Sweater Factory in Dhaka, de hoofdstad van Bangladesh. Matrix Sweater Factory produceert kleding voor H&M en JC Penney. Dat er geen doden gevallen zijn, is vooral een kwestie van geluk. Was de brand een uur later uitgebroken, dan zouden er 6000 werknemers aanwezig geweest zijn in het gebouw, dat niet beschikte over veilige nooduitgangen, branddeuren, rookalarmen en sproeiers. Roep H&M op om hun fabrieken veiliger te maken!
In december 2015 ondertekende H&M een Internationale Kaderovereenkomst (IKO) met de internationale vakbondsfederatie IndustriALL en de Zweedse vakbond IF Metall. Deze IKO is bedoeld om de vakbondsrechten van alle H&M arbeiders in heel de leveringsketen te versterken. Ze is gebaseerd op een aantal IAO conventies en gaat over rechten zoals de vrijheid van vereniging en van collectieve onderhandelingen, het recht om onveilig werk te weigeren, een verbod van kinderarbeid en discriminatie, en ook het recht op een schriftelijk contract. Bovendien is er een paragraaf over het recht op een „eerlijk leefbaar loon”.
De Schone Kleren Campagne deelde zakjes pindanoten uit in de Nieuwstraat, de grote winkelstraat in Brussel. Want “peanuts” verdienen Cambodjaanse kledingarbeiders vandaag voor werkdagen van 10 uur of meer, zes dagen op zeven. Kledingmerken als H&M en C&A kunnen hierin verandering brengen. Door een loonakkoord te onderhandelen met lokale vakbonden in de landen waar zij kleren laten maken. Vakbonden in Cambodja vragen een minimumloon van 164 euro per maand.
Jacle Bow speelt in Aalst, Diest en Geel op een pop-up stage, waar ze 'Shirts for Life' verkopen tijdens de warmste week van Studio Brussel: T-shirts gemaakt in goede arbeidsomstandigheden, van biokatoen, én bedrukt met ecologische verf. Een schone T-shirt voor een schoon geweten en een origineel kerstcadeau. De opbrengst gaat integraal naar de Schone Kleren Campagne. Hier vind je de clip! Kom kijken naar de band…in hun adamskostuum in Aalst, Diest of Geel.
De kledingmerken die in Cambodja kleding laten maken hebben de macht om de lonen van de kledingarbeiders te verhogen. Als zij meer betalen aan hun toeleveranciers en hun aankooppraktijken aanpassen, wordt een leefbaar loon wél haalbaar. H&M is de grootste aankoper van kledij "made in Cambodia". De Zweedse gigiant promoot zichzelf graag als absolute voorloper op het vlak van ecologisch en ethisch verantwoorde kledij. De Cambodjaanse productie voor C&A is dan weer beperkt, maar het bedrijf is wel één van de pleitbezorgers van samenwerking met andere bedrijven. Hoe geloofwaardig zijn ze? Lees hier meer!
Brussel, 12 oktober. In de Beursschouwburg vond de overhandiging plaats van de medaille van de Europese Burger aan de Schone Kleren Campagne (SKC). Europarlementslid Ivo Belet droeg de kandidatuur voor. De Schone Kleren Campagne bracht ook hulde aan de mannen en vrouwen die onze kleding maken. "Kledingarbeiders zijn te waardevol om als gereedschap behandeld te worden. Ze verdienen goede werkomstandigheden, leefbare lonen, een veilige werkplek en sociale bescherming. Veel moedige mannen en vrouwen vechten onvermoeibaar om deze werknemers te verenigen, hen bewust te maken van hun rechten, hen te verdedigen via sociale dialoog en actie te voeren als werkgevers en overheden hen bedreigen. Heel vaak riskeren vakbondsleiders hun leven. Deze Europese medaille is ook voor hen." De plechtigheid werd bijgewoond door tientallen vertegenwoordigers uit het internationale Schone Kleren netwerk. Lees hier meer.
Op 24 november was het drie jaar geleden dat Tazreen Fashions in vlammen opging. Toen het vuur uitbrak, zaten de werknemers als ratten in de val. De uitgangen waren geblokkeerd, naar beneden springen was de enige uitweg. 112 werknemers kwamen om, meer dan 100 werknemers raakten zwaar gewond toen ze uit de ramen op de derde en vierde verdieping naar beneden sprongen. Drie jaar later hebben velen nog altijd ernstige gezondheidsproblemen. C&A ging intussen akkoord om compensaties te betalen aan de slachtoffers, maar Walmart en El Corte Ingles betaalden nog geen cent... Lees hier meer.
DeWereldMorgen.be bracht verslag uit van het Living Wage Now Forum in Brussel. Tijdens het Forum debatteerde de Clean Clothes Campaign met kledingbedrijven en politici over de stappen die gezet moeten worden om leefbare lonen in de productiefabrieken mogelijk te maken. De Clean Clothes Campaign overhandigde bijna 150.000 handtekeningen van Europese burgers voor een leefbaar loon aan de aanwezige kledingbedrijven. Lees hier het volledige artikel van Keltoum Belorf.
Het nieuwe wettelijke minimumloon voor Cambodjaanse kledingarbeiders bedraagt 140$ (130€) per maand. Dat is niet genoeg om van rond te komen. De Cambodjaanse vakbondscoalitie eist 177$ (164€) en roept op tot nationale en internationale actie, met een dringende vraag aan de kledingmerken. De prijzen die zij betalen aan de productiefabrieken bepalen immers in grote mate het loon van de kledingarbeiders. De actiemaand loopt van 20 november tot 20 december 2015. Doe mee via Facebook!
Het nieuwe wettelijke minimumloon voor Cambodjaanse kledingarbeiders, 140$ (130€) per maand, is niet genoeg om van rond te komen. De Cambodjaanse vakbondscoalitie eist 177$ (164€) en roept op tot nationale en internationale actie, met een dringende vraag aan de kledingmerken. De actiemaand loopt van 20 november tot 20 december 2015. Doe mee via Facebook!
DeWereldMorgen.be bracht verslag uit van het Living Wage Now Forum in Brussel. Tijdens het Forum debatteerde de Clean Clothes Campaign met kledingbedrijven en politici over de stappen die gezet moeten worden om leefbare lonen in de productiefabrieken mogelijk te maken. De Clean Clothes Campaign overhandigde bijna 150.000 handtekeningen van Europese burgers voor een leefbaar loon aan de aanwezige kledingbedrijven. Lees hier het volledige artikel van Keltoum Belorf. (c) Maxim Dechamps
Brussel, 12 oktober. In de Beursschouwburg vond de overhandiging plaats van de medaille van de Europese Burger aan de Schone Kleren Campagne (SKC). Europarlementslid Ivo Belet droeg de kandidatuur voor. De Schone Kleren Campagne bracht ook hulde aan de mannen en vrouwen die onze kleding maken. "Kledingarbeiders zijn te waardevol om als gereedschap behandeld te worden. Ze verdienen goede werkomstandigheden, leefbare lonen, een veilige werkplek en sociale bescherming.
The True Cost is een documentaire over de impact van de mode-industrie op mensen en op onze planeet. Deze film neemt je mee op wereldreis, van de exclusieve catwalks tot de uithoeken van sloppenwijken, en geeft het woord aan kledingarbeidsters en opiniemakers, waaronder Stella McCartney, Livia Firth en Vandana Shiva. Sara Ceustermans van de Schone Kleren Campagne zal de film kaderen en reikt je tools aan om zelf in actie te schieten. The True Cost | Greta Weynzaal | dinsdag 6/10, 19.30u Inschrijven tot 2 oktober via solidair@sint-niklaas.be
Als consument en burger heb je wel degelijk de macht om dingen te veranderen! Wat kan je doen?
Eind augustus bij de Japanse ambassade in Jakarta. Een groep arbeidsters die sportschoenen stikten voor adidas en het Japanse merk Mizuno betogen om hun job terug te eisen. Ze protesteren al drie jaar. In juli 2012 zet PT Panarub Dwikarya Benoa 1.300 voor het merendeel vrouwelijke arbeidsters aan de deur. Ze werden ontslagen nadat 2.000 arbeiders hadden gestaakt om hun recht op vereniging – vakbondsvrijheid – af te dwingen, en ook om de uitbetaling van achterstallig loon te eisen.
Na Gent en Antwerpen organiseert ook Mechelen een schone kleren festival! In Congres- en Erfgoedcentrum Lamot organiseert de stad Mechelen een M-Fair markt met kleding van (online) winkels die hun nek uitsteken voor ecologisch en ethisch duurzame kledij. Wie honger heeft naar meer, kan deelnemen aan één van de webshops. Meer vind je hier. Inkom en workshops zijn gratis!
Eind augustus bij de Japanse ambassade in Jakarta, Indonesië. Een groep arbeidsters die sportschoenen stikten voor Adidas en het Japanse merk Mizuno betogen om hun job terug te eisen. In 2012 werden 1.300 arbeid(st)ers van PT Panarub Dwikarya Benoa aan de deur gezet omdat ze hadden gestaakt om hun recht op vereniging – vakbondsvrijheid – af te dwingen, en om de uitbetaling van achterstallig loon te eisen. Het gebrek aan vakbondsvrijheid is een groot probleem in Indonesië. Vier jaar geleden werden er afspraken gemaakt om dat te verhelpen. Zes sportmerken, waaronder Adidas, beloofden de vakbondsvrijheid bij hun leveranciers te waarborgen. Maar Panarub is een onderaannemer, en Adidas wil daarvoor geen verantwoordelijkheid nemen. Mizuno heeft het Protocol voor de Vrijheid van Vereniging niet ondertekend. Meer over deze oproep vind je op de website.
Van 12 tot en met 14 oktober 2015 organiseren de Schone Kleren Campagne, achACT en de Clean Clothes Campaign het Living Wage Now Forum in Brussel. Tijdens dit evenement maken we de balans op van drie jaar campagne voeren om een leefbaar loon te eisen voor de kledingarbeiders én verkennen we nieuwe pistes om dit mensenrecht echt mogelijk te maken. Het Forum is geen saaie bijeenkomst van experts, er zijn ook momenten waarop het brede publiek welkom is. De vertoning van The True Cost bijvoorbeeld in Cinéma Galeries en de Living Wage Now Party in La Bellone... Meer over het Living Wage Now Forum op onze website!
achACT en de stad Brussel nodigt je uit om de leefbaar loon campagne feestelijk af te sluiten tijdens de Living Wage Now Party in la Bellone in Brussel. Het internationale netwerk verzamelt van 12 tot en met 14 oktober in Brussel en dat mag niet ongemerkt voorbijgaan! Gasten uit de vier windstreken (Bangladesh, Turkije, Cambodja, Indonesië, Haïti, India, Cambodja, Georgië,...) feesten mee. Op het programma Het koor Buena Vida Social Band zingt strijdliederen MetaPo brengt poëtische dans Big Noise zal ons laten dansen op hun muziek in typische New Orleans stijl Praktische info Datum: 13 oktober 2015 Uur: 20:00 tot 22:30 Plaats: La Bellone: Vlaams Steenweg 46, 1000 Brussel Gratis toegang met reservatie via achacteurs@achact.be o
The True Cost is een documentaire over de impact van de mode-industrie op mensen en op onze planeet. Deze film neemt je mee op wereldreis, van de exclusieve catwalks tot de uithoeken van sloppenwijken, en geeft het woord aan kledingarbeidsters en opiniemakers, waaronder Stella McCartney, Livia Firth en Vandana Shiva. De Schone Kleren Campagne, achACT en de Clean Clothes Campaign vertonen de film op 12 oktober in Cinema Galeries in Brussel, gevolgd door een kort debat.
Van 12 tot en met 14 oktober 2015 organiseren de Schone Kleren Campagne, achACT en de Clean Clothes Campaign het Living Wage Now Forum in Brussel. Tijdens dit evenement maken we de balans op van drie jaar campagne voeren om een leefbaar loon te eisen voor de kledingarbeiders én verkennen we nieuwe pistes om dit mensenrecht echt mogelijk te maken. Het Forum is geen saaie bijeenkomst van experts, er zijn ook momenten waarop het brede publiek welkom is!
Tijdens een actie van de Schone Kleren Campagne in Gent leverden ontevreden shoppers hun kleding terug in. Want kleding met een productiefout stuur je terug naar de winkel. Ook als die productiefout gaat over het ‘foute’ loon van de stikster van het kledingstuk en dus niet met het oog te zien is. Een kledingarbeid(st)er in Bangladesh verdient nauwelijks meer dan 2 euro per dag. Daarmee kan ze zelfs geen T-shirt bij Primark kopen.
Kleding met een productiefout stuur je terug naar de winkel. Ook als die productiefout gaat over het ‘foute’ loon van de stikster van het kledingstuk en dus niet met het oog te zien is. Een kledingarbeid(st)er in Bangladesh verdient nauwelijks meer dan 2 euro per dag. Daarmee kan ze zelfs geen T-shirt bij Primark kopen. Stuur je kledingstuk virtueel terug via www.livingwagedefect.org/nl
Op 13 mei 2015 kwamen bij een brand in een schoenenfabriek in de Filipijnen 72 werknemers om. De Schone Kleren Campagne roept de Filipijnse regering op om de omstandigheden van de brand te onderzoeken. Het gaat om de ergste fabrieksbrand in de geschiedenis van het land. De fabriek, Kentex Manufacturing Incorporated, produceerde rubberen slippers voor de Filipijnse markt. Ook jij kan de mensen die het overleefd hebben en de familieleden van de overledenen steunen!
"Duurzaam. Circulair. Fair Fashion. Aan modewoorden geen gebrek om de huidige trends op vlak van ecologisch en ethisch verantwoorde kleerkasten te beschrijven. Naar aanleiding van de tweede verjaardag van Rana Plaza concentreert MO* zich op de arbeidsomstandigheden in de textielsector. Is er twee jaar na deze industriële ramp eigenlijk iets veranderd? Kan je als consument het verschil maken – en moet dat? Schuiven anderestakeholders de verantwoordelijkheid nog steeds door naar elkaar? En is duurzaam consumeren geen contradictio in terminis?" Hier vind je het volledige 'Dossier Eerlijke Kleren' van MO*.
Kwb, Wereldsolidariteit en de andere organisaties van de Schone Kleren Campagne overhandigden op 24 april een fietstenue geproduceerd in goede arbeidsomstandigheden aan minister van Economie, Consumentenzaken en fervent fietser Kris Peeters. Hij kreeg ook een videoboodschap van een Aziatische kledingarbeidster. Hiermee vroegen ze de minister om een beleid te ontwikkelen zodat ook Belgische kledingbedrijven hun kledij in betere arbeidsomstandigheden laten produceren.
Minder dan een maand na de instorting van Rana Plaza ondertekenden 32 kledingmerken het Bangladesh Akkoord voor gebouw- en brandveiligheid. Intussen zijn dat er al meer dan 200, goed voor inspecties in meer dan 1500 fabrieken waar twee miljoen mensen werken. Na bijna twee jaar zijn er al meer dan 1250 inspecties gedaan door de teams van het Akkoord. Daarbij werden meer dan 52.000 gebreken vastgesteld. 19 fabrieken moesten onmiddellijk geëvacueerd worden omwille van de slechte staat waarin de gebouwen verkeerden.
Dit is Asha Khatun. Asha werkte zes maanden in één van de fabrieken van het Rana Plaza complex toen het gebouw instortte. Ze werkte dagelijks van 8 uur 's morgens tot 9 à 10 uur 's avonds. Ze verdiende ongeveer 30 euro per maand, maar door haar overuren kon ze haar loon verdubbelen tot 65 euro per maand. Op de ochtend van de instorting was Asha te bang om naar binnen te gaan. De arbeiders wisten dat er scheuren zaten in de muren en de fundering, maar de manager dreigde hun maandloon af te pakken als ze niet werkten die dag.
Vandaag hebben actievoerders van de Schone Kleren Campagne Benetton opgeroepen om een bijdrage te betalen aan het Fonds voor de compensatie van de slachtoffers van de instorting van Rana Plaza in Bangladesh. Daarbij parodieerden ze de bekende slogan van Benetton en maakten er ‘United Victims of Benetton’ van. Een twintigtal actievoerders lag op de grond om aandacht te vragen voor het leed van de slachtoffers.
Benetton is het enige grote internationale merk dat nog altijd geen compensatie betaald heeft aan de slachtoffers van Rana Plaza. Tot 24 april wil de Schone Kleren Campagne de druk op Benetton verhogen. Teken de petitie op Avaaz! En lees voor meer info de artikels over Benetton op deze website. Benetton schudde in de jaren 80 en 90 de consumenten wakker met controversiële reclamecampagnes. Met maatschappijkritische reclamebeelden wisten ze zich in de kijker te werken. Tijdens de UN-HATE campagne in 2011 lieten ze wereldleiders met elkaar zoenen. Maatschappijkritiek is mooi, maar alleen geloofwaardig als je zelf trouw bent aan de waarden die je promoot. En daar wringt nu net het schoentje bij Benetton... In onderstaand campagne filmpje toont de Clean Clothes Campaign de 'true colors of Benetton'. -
Precies een jaar geleden werd het Rana Plaza Donors Trust Fund opgezet door de International Labour Organization, een agentschap van de Verenigde Naties. Bij aanvang werd het benodigde compensatiebedrag geschat op ruim 35 miljoen euro ($40 miljoen). In december 2014 werd dit bedrag bijgesteld naar ongeveer 26,5 miljoen euro ($30 miljoen). Deze verlaging kwam tot stand op basis van alle verwerkte claims. Het eerdere bedrag was gebaseerd op een veel hoger aantal zwaargewonde mensen die vanwege hun verwondingen recht hebben op een hoger compensatiebedrag. Tot nu toe is er ongeveer 18,47 miljoen euro ($21 miljoen dollar) ingelegd. Nu er nog iets minder dan 8 miljoen euro ($9 miljoen) ontbreekt staan de merken die nog niet of nauwelijks hebben betaald in de schijnwerper.
Op 17 september vonden in tientallen steden overal ter wereld acties plaats aan Cambodjaanse ambassades en in honderden kledingwinkels met een duidelijke vraag: ‘Is 137 euro maandloon voor Cambodjaanse kledingarbeidsters echt te veel gevraagd?’ In Brussel verzamelde een coalitie van vakbonden en ngo’s aan de Cambodjaanse ambassade om de vraag voor een hoger minimumloon te ondersteunen.
Kledingarbeid(st)ers in Cambodja verdienen 77 euro per maand. Te weinig om de touwtjes aan elkaar te kunnen knopen. Roep vanaf 17 september C&A, H&M en Levi’s mee op om een leefbaar loon te betalen aan de Cambodjaanse kledingarbeiders. Laat je stem horen door via Facebook en Twitter te vragen dat bedrijven als C&A hun verantwoordelijkheid opnemen.
Activisten voeren actie tegen Nike tijdens Olympische Spelen maandag 19 augustus 2024 Nike heeft een recordbedrag uitgegeven aan advertenties tijdens de Olympische Spelen in Parijs. Tegelijkertijd weigert het merk de mensen die hun kleding maken te betalen waar ze recht op hebben. Om hen op te roepen hun verantwoordelijkheid te nemen, voerden activisten actie. Lees meer... Zijn beloftes van Primark, Zara, H&M en C&A een lege doos? vrijdag 17 november 2023 Een delegatie van activisten bezocht de winkels van Primark, Zara, H&M en C&A in de Nieuwstraat in Brussel. Met een open brief en lege dozen herinnerden ze de merken aan hun beloften rond leefbare lonen en betuigden ze hun steun aan de kledingarbeid(st)ers in Bangladesh die al weken demonstreren voor een fatsoenlijk loon. Tijdens confrontaties met de politie werden er al 4 arbeiders gedood en raakten tientallen mensen gewond, velen anderen werden gearresteerd. Lees meer... Regering van Bangladesh stelt nieuw hongerloon van 105 euro voor donderdag 09 november 2023 De regering van Bangladesh heeft een nieuw minimumloon van 12.500 BDT (105 euro) per maand aangekondigd, en negeert daarbij de smeekbedes van kledingarbeid(st)ers. Al drie demonstranten werden gedood tijdens de protesten. De kledingmerken blijven de andere kant uitkijken. Lees meer... Besprekingen minimumloon Bangladesh op de rand van mislukking? dinsdag 24 oktober 2023 Na vijf jaar komt er eindelijk nog eens een loonsverhoging aan voor de kledingarbeiders in Bangladesh. Maar die loonsverhoging dreigt wel héél mager uit te vallen nu de werkgevers een schandalig voorstel van €89 per maand op tafel gelegd hebben. De fast fashion-merken, die al jaren leefbare lonen beloven, weigeren hun steun uit te spreken voor de looneis van de vakbonden. Lees meer... Schone Kleren Campagne steunt de eis van de vakbonden in Bangladesh voor een verhoging van het minimumloon vrijdag 06 oktober 2023 De Schone Kleren Campagne, achACT en verschillende van hun lidorganisaties steunen de vakbonden in Bangladesh in hun eis voor een verhoging van het minimumloon voor kledingarbeid(st)ers van de huidige 8.000 BDT (minder dan 70 EUR) naar 23.000 BDT Lees meer... Reusachtige bal van kleren rolt door de Nieuwstraat maandag 24 april 2023 Vanmiddag rolde een reusachtige bal gemaakt van kleren door de Nieuwstraat, dé winkelstraat in Brussel. De bal staat symbool voor de fast fashion, een model dat steeds verder dendert, onderweg vele slachtoffers maakt en de wereld opzadelt met bergen afval. Na de performance was er een herdenking van de slachtoffers van de instorting van het Rana Plaza complex in Bangladesh op 24 april 2013, waarbij 1138 kledingwerkers omkwamen. Lees meer... Grote stap vooruit voor kledingarbeiders in Pakistan maandag 19 december 2022 Het Pakistan Akkoord ziet eindelijk het daglicht: een grote stap vooruit voor de veiligheid en gezondheid van miljoenen kledingwerkers in Pakistan. Het Pakistan Akkoord is een nieuw hoofdstuk voor het Internationaal Akkoord voor Gezondheid en Veiligheid in de kleding- en textielsector, dat tot nu toe alleen in Bangladesh werd uitgevoerd. Lees meer... Nooit meer Rana Plaza donderdag 21 april 2022 Negen jaar na de instorting van het Rana Plaza-gebouw in Dhaka, Bangladesh, ligt de gruwel van het drama nog vers in het geheugen. Bij de ramp kwamen 1134 kledingarbeiders om het leven en raakten er ongeveer 2500 gewond. Achter de tragedie gaat een schokkend gebrek aan verantwoordelijkheid van kledingmerken en -ketens schuil. In België en Europa liggen voorstellen op tafel die net die verantwoordelijkheid in wetten gieten. Maar het proces gaat tergend traag. Daarom voerden we actie. Hier vind je ons persbericht. Lees meer... Kledingapp Shein beschuldigd van uitbuiting dinsdag 14 december 2021 Een onderzoek van onze Zwitserse collega's Public Eye beschuldigt de populaire kledingapp Shein van moderne slavernij. Werknemers in Chinese fabrieken moeten er werkweken van 75 uur doen tegen een hongerloon. Shein is binnen de modewereld uniek, omdat het online voortdurend data over nieuwe mode verzamelt en binnen enkele dagen nieuwe kledij kan produceren en verkopen. Shein heeft ook een onderaanneming in Luik. Lees hier het artikel dat VRT-journalist Tim Verheyden erover schreef. Lees meer... Kledingarbeiders leverancier Nike nog altijd niet betaald woensdag 06 oktober 2021 Nike maakte tijdens de jaarlijkse aandeelhoudersvergadering een resultaat bekend van 44,5 miljard USD. Het resultaat is een stijging van 19%. Tegelijk wachten de werknemers die de producten van Nike maken al maanden op achterstallige lonen en ontslagvergoedingen. Een juridisch bindende overeenkomst over lonen, ontslagvergoedingen en vakbondsvrijheid tussen bedrijven in de mode- en sportkledingindustrie en vakbonden moet een einde maken aan dit onrecht. Lees meer... Nu al 100 ondertekenaars Internationaal Akkoord maandag 06 september 2021 Grote merken als H&M, Inditex (Zara), C&A, PVH (Tommy Hilfiger, Calvin Klein), en Bestseller (Jack&Jones, Vero Moda) hebben het nieuwe Internationale Akkoord voor Veiligheid en Gezondheid in de Textiel- en Kledingindustrie ondertekend. Enkele andere grote namen, zoals Primark, Mango en Adidas zijn er nog niet bij. In totaal hebben 100 kledingmerken en -retailers getekend sinds het Akkoord eind augustus het levenslicht zag. Lees meer... Historisch akkoord over veiligheid kledingwerkers woensdag 25 augustus 2021 Kledingmerken en vakbonden zijn het eens geraakt over een nieuw akkoord over gebouw- en brandveiligheid in kledingfabrieken. Het nieuwe akkoord geldt niet alleen voor de kledingfabrieken in Bangladesh, maar kan ook uitgebreid worden naar andere productielanden. Veilige fabrieken voor álle kledingwerkers komt zo een stap dichterbij! Lees meer... Staat er een vervaldatum op de veiligheid van kledingwerkers in Bangladesh? woensdag 19 mei 2021 Op 15 mei bestond het Bangladesh Akkoord precies acht jaar. De overeenkomst, die kort na de instorting van het Rana Plaza tot stand kwam, zorgde voor veiligere fabrieken voor meer dan twee miljoen kledingarbeiders in ongeveer 1600 fabrieken. Toch is er geen reden tot feest. Op 31 mei loopt het Akkoord af en de onderhandelingen voor een opvolger lopen moeilijk. Lees meer... #StopBusinessImpunity: wij willen een wet! woensdag 14 april 2021 Herinner je je 24 april 2013 nog? De dag waarop Rana Plaza, een gebouw dat 5 kledingfabrieken huisvestte, instortte bovenop duizenden kledingarbeid(st)ers, in Dhaka, Bangladesh. Lees meer... Actie aan ambassade Myanmar donderdag 01 april 2021 Op donderdag 1 april 2021, twee maanden na het begin van de militaire staatsgreep in Myanmar, kwamen de platforms van achACT en de Schone Kleren Campagne bijeen voor een symbolische actie om de strijd voor de democratie in Myanmar te ondersteunen. In het weekend van 27 en 28 maart kwamen, naast de honderden doden die al geregistreerd werden, nog eens 169 mensen om het leven, waaronder enkele kinderen. Lees meer... #HoldBizAccountable: laat je stem horen donderdag 28 januari 2021 Anno 2021 kopen we nog steeds heel wat producten waar milieu- en mensenrechtenschendingen aan kleven. Iedereen kent de vreselijke beelden uit onveilige kledingfabrieken in Bangladesh en van Congolese kobaltmijnen waar kinderen werken. De Schone Kleren Campagne ijvert - samen met vele andere organisaties - al lang voor bindende regels. Doe mee aan de campagne #HoldBizAccountable via deze link! Lees meer... XXL 'Pay your workers' fresco in de Nieuwstraat donderdag 19 november 2020 Pay Your Workers: een gigantische fresco op de zo goed als lege Nieuwstraat in Brussel vraagt de modemerken en –ketens om hun verantwoordelijkheid te nemen voor de lonen van de kledingarbeid(st)ers in hun keten. Want door de wereldwijde Coronacrisis werden zij massaal op straat gezet. De fresco was een initiatief van de Schone Kleren Campagne en achACT en werd gemaakt door de street artists pARTerre. Lees meer... Rana Plaza en Covid 19: dezelfde strijd! vrijdag 24 april 2020 Zeven jaar na de instorting van Rana Plaza in Bangladesh zijn de levens van kledingarbeiders opnieuw in gevaar. Kledingmerken annuleren bestellingen bij hun leveranciers of stellen betalingen uit. Daardoor verliezen kledingarbeiders massaal hun job. Ceo’s van kledingbedrijven waarschuwen intussen voor economisch drama’s als ze niet snel kunnen heropenen. De Schone Kleren Campagne vraagt dat steunmaatregelen een hefboom zijn voor schone kleren. Bedrijven die publieke steun ontvangen moeten de mensenrechten en het milieu respecteren. Verliezen afwentelen op de leveranciers hoort daar niet bij. Lees meer... ‘Textielarbeiders betalen de prijs voor de kledij die zij al in elkaar gestikt hebben’ woensdag 08 april 2020 Retailers in binnen- en buitenland vrezen voor een bloedbad door de coronacrisis. Ook kledingarbeiders zijn daar het slachtoffer van. Velen zijn technisch werkloos of worden ontslagen, zonder vergoeding of vervanginkomen. Anderen worden gedwongen om alsnog te gaan werken, terwijl het risico op besmettingen in fabrieken groot is. Dus doen arbeidsters wat net niet zou mogen in tijden van corona: samen op straat hun rechten opeisen. Lees hier het artikel van Sarah Van Doorne op mo.be Lees meer... Corona: ook een impact op kledingarbeiders donderdag 19 maart 2020 Het coronavirus treft mensen over de hele wereld, en dus ook de mensen die onze kleren naaien. Ze lopen niet alleen het risico om ziek te worden, ze kunnen ook hun job verliezen. In Cambodja en Myanmar moesten tientallen fabrieken al tijdelijk sluiten vanwege een tekort aan grondstoffen uit China. En omdat kledingwinkels in veel consumptielanden tijdelijk de deuren moeten sluiten, zullen ook de kledingfabrieken minder werk krijgen. Het gevolg: nog meer (tijdelijke) ontslagen. Andere landen sluiten dan weer fabrieken om de verspreiding van het virus tegen te gaan. Lees meer... Fair Fashion Fest uitgesteld naar 28 en 29 november donderdag 19 maart 2020 De vierde editie van het Fair Fashion Fest, het...
function buttonGoBack() { window.history.go(-1) } Ga verder
function buttonGoBack() { window.history.go(-1) } Ga verder
function buttonGoBack() { window.history.go(-1) } Ga verder
function buttonGoBack() { window.history.go(-1) } Ga verder
De meeste merken en winkelketens publiceren tegenwoordig een gedragscode, waarin de arbeidsnormen staan die zij verwachten van leveranciers. De gedragscodes zijn grotendeels gebaseerd op normen van de Internationale Arbeidsorganisatie (ILO), maar er bestaan ook verschillen tussen de codes, vooral wat betreft de normen over een leefbaar loon; niet alle bedrijven doen hier toezeggingen over. De gedragscodes zouden vertaald moeten worden in de lokale taal, toegankelijk gemaakt voor arbeiders en gepubliceerd op de website van het bedrijf, net zoals het sociaal jaarverslag. Meer vooruitstrevende bedrijven werken samen met vakbonden en andere arbeidersorganisaties om te begrijpen hoe de arbeiders hun situatie zien. Zij geven hen soms ook een opleiding, zodat ze weten wat hun rechten zijn en hoe deze uit te oefenen. Bedrijven zouden verder een klachtenprocedure moeten ontwikkelen zodat arbeiders eventuele schendingen van gedragscodes kunnen melden. Natuurlijk betekent een gedragscode weinig zonder onafhankelijk bewijs dat hij nageleefd wordt in fabrieken. Ideaal gezien komt dit bewijs van arbeiders zelf, verenigd in een onafhankelijke vakbond. Maar de meeste bedrijven hebben als belangrijkste instrument voor naleving van hun gedragscodesgekozen voor sociale audits: inspecties van de arbeidsomstandigheden in fabrieken.
Wat? De Schone Kleren Campagne wil de vuile was van de mondiale kledingindustrie buitenhangen en eist schone kleren. De Schone Kleren Campagne werd in 1995 in Vlaanderen opgericht door meer dan tien organisaties. Gelijkaardige platformen zijn er in 15 Europese landen, telkens als een lokale alliantie tussen vakbonden en verschillende soorten niet-gouvernementele organisaties, waaronder verenigingen voor vrouwenrechten, consumentenrechten, armoedebestrijding, Noord-Zuidorganisaties,... De campagnes in de Europese landen werken samen in de Clean Clothes Campaign, met zetel en secretariaat in Amsterdam. De Clean Clothes Campaign heeft een netwerk van zowat 200 organisaties in de verschillende productielanden waarop ze een beroep kan doen. De Clean Clothes Campaign werkt ook samen met gelijkaardige organisaties in andere werelddelen, zoals het Canadese Maquila Solidarity Network of het Amerikaanse United Students Against Sweatshops. In Nederlandstalig België zijn de volgende organisaties lid van de Schone Kleren Campagne: ABVV confederatie, ACV confederatie, ABVV Algemene Centrale, BBTK, LBC-NVB, Metea, Wereldsolidariteit, FOS, Netwerk Bewust Verbruiken, Testaankoop, Oxfam. Het Secretariaat wordt georganiseerd door Wereldsolidariteit. In Franstalig België heet het actieplatform AchACT, een platform van zo'n 25 organisaties. Zie www.achact.be Hoe? De Schone Kleren Campagne richt zich op verschillende doelgroepen: Kledingbedrijven moeten hun verantwoordelijkheid opnemen voor de arbeidsomstandigheden in hun volledige toeleveringsketen. Aankopers van kleding, of het nu om mode-, werk-, sportkleding of uniformen gaat – kunnen merken onder druk zetten. Zodat ze hun verantwoordelijkheid opnemen voor de situatie van de arbeidsters die de kleren maken. Druk zetten doen we op een positieve manier, niet door bijv. merken of ketens te boycotten, maar door hen op te roepen om de arbeidsrechten van de arbeidsters te garanderen. Politici kunnen wetten stemmen die meer transparantie opleggen aan de kledingbedrijven, of kunnen voorwaarden stellen wanneer ze handelsakkoorden afsluiten met productielanden van kledij. Werknemers kunnen druk zetten op hun eigen bedrijf door kritische vragen te stellen tijdens de ondernemingsraad, door hun collega's te informeren over de herkomst van de kledij die ze verkopen. Maar de Schone Kleren Campagne ondersteunt ook de werknemers in de productie fabrieken in hun strijd voor betere arbeidsomstandigheden. Consumenten hebben recht op informatie. De Schone Kleren Campagne wil hen die informatie geven zodat 'bewuster' shoppen, en kritische vragen stellen in winkels. Je wil meerwerken en je steentje bijdragen Je wil als consument meewerken aan een lopende actie, zie onder Campagnes of Solidariteitsoproepen. Je bent geëngageerd werknemer in een bedrijf en geïnteresseerd in schone werkkleding, zie hier voor Schone Kleren op het Werk Je bent politiek verantwoordelijke of geëngageerd in een gemeente, provincie of overheidsdienst, zie onder Schone Kleren in de Gemeente Je bent leraar, student en op zoek naar informatie, klik hier voor meer info over regelgeving over arbeidsrechten, internationale vrijhandel,... kijk dan bij voor publicaties of filmpjes.
© Foto: Sofie Hendrickx Op 10 februari voerden vakbonden en ngo's actie om de vrijheid te eisen van 23 vakbondsverantwoordelijken en –activisten. Begin januari werden ze opgepakt tijdens een manifestatie voor een hoger minimumloon. De betoging, waar op het hoogtepunt een half miljoen arbeiders aan deelnamen, werd op vraag van lokale bedrijfsmanagers bloedig uiteengeslagen door de speciale ordediensten. Daarbij vielen vier doden, 38 ernstige gewonden en 23 actievoerders werden opgepakt, waaronder enkele vakbondsleiders. Eén actievoerder is nog steeds vermist. Met deze wereldwijde actiedag willen de organisatoren de Cambodjaanse regering onder druk zetten om de vakbondsmensen vrij te laten en de onderhandelingen voor een hoger minimumloon terug op te starten.
Tijdens de eerste week van juni vond de 103de conferentie van de Internationale Arbeidsconferentie plaats. In de normencommissie worden 25 landen op het matje geroepen omwille van ernstige schendingen van arbeidsrechten. Ook Cambodja is daarbij. Kong Athit, Algemeen Secretaris van C.CAWDU, kledingvakbond in Cambodja en partner van Wereldsolidariteit en ACV, vertelt hoe belangrijk dit is voor de kledingarbeiders in Cambodja.
Het minimumloon in Cambodja bedraagt momenteel 100 USD of 74 euro per maand, terwijl op basis van objectief studiewerk blijkt dat de minimumlonen moeten stijgen van 90 USD naar een bedrag tussen 157 en 177 USD. Op basis daarvan eisen de vakbonden een minimumloon van 160 USD. Het leefbaar loon dat Asia Floor Wage berekende ligt op 285,83 euro per maand. Dat betekent dat het minimumloon slechts ca 25% bedraagt van een leefbaar loon. Door dat lage loon kunnen de Cambodjaanse kledingarbeid(st)ers zich zelfs niet genoeg voedsel veroorloven.
Schone Kleren Campagne Haachtsesteenweg 5791030 Brussel tel 02/246 36 81 fax 02/246 38 85 campagne@schonekleren.be
Onafhankelijke controle is noodzakelijk om leefbaar loon, toepassing van akkoorden en vakbondsvrijheid en toepassing van collectieve onderhandelingen te kunnen garanderen. Kledingbedrijven staan vaak nog weigerachtig tegenover onafhankelijke controle en voeren controles liever zelf uit. Volgens Schone Kleren Campagne is onafhankelijke controle nochtans onontbeerlijk om tot schone kleren te kunnen komen. Voor controle bestaan er verschillende systemen: multi-stakeholderinitiatieven (MSI’s) en businessinitiatieven, die alleen uitgaan van bedrijven zelf, zonder betrokkenheid van vakbonden. In de loop van de voorbije jaren zijn verscheidene multi- stakeholderinitiatieven voor controle opgericht. Multi-stakeholder omdat ze bedrijven, vakbonden en ngo’s laten samenwerken op verschillende niveaus in de organisatie. Ze worden ook gekenmerkt door een systematische benadering van de gedragscodes, hun toepassing, de interne controle (of ‘monitoring’) en verificatie ervan en door het feit dat ze samenwerking tussen hun leden bevorderen. Die MSI’s gaan met de bedrijven die er lid van zijn, een contract aan om verdere stappen te zetten rond toepassing en controle. Daarom bieden ze de bedrijven die op dit vlak slechts weinig ervaring of interne capaciteit hebben, de nodige steun. De bekendste Europese MSI’s zijn de Fair Wear Foundation (FWF) en Ethical Trading Initiative (ETI). Fair Wear Foundation Fair Wear Foundation De Fair Wear Foundation (FWF) is een multi-stakeholdeinitiatief voor de onafhankelijke controle van de arbeidsomstandigheden voor de kledingindustrie. FWF is in 1999 in Nederland opgericht, in het kielzog van één van de pilootprojecten voor verificatie die door de internationale Schone Kleren Campagne zijn uitgevoerd. FWF wordt door de internationale Schone Kleren Campagne gezien als het meest vooruitstrevende initiatief op het gebied van het verbeteren van arbeidsrechten in de kledingindustrie. Bedrijven, werkgeversfederaties, vakbonden en ngo’s werken hierin samen. De bedrijven die er lid van worden, ondertekenen de gedragscode van de FWF voor de confectie-industrie. Ze engageren zich ertoe de code toe te passen, de fabrieken die voor hen produceren, te controleren en er de arbeidsomstandigheden te verbeteren. Bedrijven aangesloten bij FWF erkennen dat ze mee verantwoordelijk zijn voor de werkomstandigheden bij hun leveranciers (incl. onder- en onder-onderaannemers). De gedragscode van FWF bevat de belangrijkste normen van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO), inclusief het uitbetalen van een leefbaar loon. Alle partijen streven naar eerlijke omstandigheden in de hele productieketen. Elk jaar moeten de leden een rapport en een werkplan opstellen. Aan de ene kant controleert de FWF het beleidssysteem dat uitgevoerd wordt door het bedrijf dat lid is. Aan de andere kant verifieert het de arbeidsomstandigheden in de fabrieken. Om dat te doen, vormt de FWF in de productielanden lokale teams van auditors om arbeiders en werkgevers te interviewen en de fabrieken te inspecteren. Lokale vakbonden worden betrokken bij controles en het uitvoeren van verbeteringen in fabrieken. Daarnaast kunnen arbeiders ook altijd zelf een klacht indienen. FWF gaat er vanuit dat arbeiders zelf het beste weten wat er in hun fabriek speelt. Bedrijven worden begeleid om stapsgewijs richting ‘schone kleren’ te gaan. FWF stelt voor de bedrijven die lid zijn ook een stappenplan op naar de uitbetaling van een leefbaar loon. Voor elk land waar FWF actief is, werd een ‘wage ladder’ opgemaakt: een vergelijking tussen de wettelijke minimumlonen, de armoedegrens, het industriële gemiddelde en het leefbaar loon. Kledingbedrijven kunnen deze informatie gebruiken om de lonen die in hun productiefabrieken betaald worden te vergelijken. Ligt het loon te laag, dan zal er een verbeterplan worden opgesteld. Samenwerking met vakbonden en andere kledingbedrijven die kledij laten produceren in dezelfde fabriek is daarbij essentieel. Ondertussen zijn meer dan 90 bedrijven lid van FWF; zij vertegenwoordigen 120 merken, verkocht in meer dan 20.000 winkels in meer dan 80 landen. Voor België zijn dat ACP, Mayerline, Stanley & Stella en B&C Cotton Group. www.fairwear.org Ethical Trading Initiative Ethical Trading Initiative Het Ethical Trading Initiative (ETI) is in 1998 opgericht. Het is van Britse oorsprong en staat ter beschikking van kleding-, voedings- en tuinbouwbedrijven. Het gaat om een alliantie tussen bedrijven, ngo’s en vakbonden met als doel de arbeidsomstandigheden en de toepassing van de gedragscodes te verbeteren in de toeleveringsketens van bedrijven uit verschillende commerciële sectoren. ETI bevordert de samenwerking onder zijn leden op basis van experimentele projecten en door de aandacht te vestigen op goede praktijken en die te delen. De bedrijven die lid willen worden, moeten de gedragscode van ETI aanvaarden en jaarlijks een rapport op de toepassing ervan voorleggen. Indien een deelnemend bedrijf niet aan de vereisten voldoet, dan moet het binnen een bepaalde termijn een onderhandeld verbeterwerkplan ten uitvoer brengen. Indien het bedrijf daar niet aan voldoet, wordt het verzocht ETI te verlaten. ETI vraagt z’n leden om een leefbaar loon uit te betalen, maar heeft tot nog toe geen echt beleid om aangesloten bedrijven hierin te ondersteunen d.m.v. standaarden of gezamenlijke projecten. Dat neemt niet weg dat een aantal leden – zoals C&A - wel interessante proefprojecten hebben rond leefbaar loon. www.ethicaltrade.org
[tekst volgt]
Een internationaal kaderakkoord is een akkoord dat onderhandeld wordt door een MNO en een internationale vakbondsfederatie, dat gaat over de internationale activiteiten van het betrokken bedrijf. Het voornaamste doel van een kaderakkoord is de sociale dialoog en de regeling van de conflicten tussen de werknemers en de werkgever te formaliseren. De inhoud van die akkoor- den varieert, maar houdt op z’n minst rekening met de rechten vervat in de fundamentele conventies van de IAO. De reikwijdte van de akkoorden verschilt ook. Sommige hebben alleen betrekking op de arbeiders die tewerk- gesteld worden door de transnationale onderneming in haar verschillende filialen en vestigingen in de wereld. Andere, die zeldzamer zijn, hebben ook betrekking op de arbeiders van de leveranciers en onderaannemers. De uitvoering en controle van de akkoorden is zeer divers en vaak moeilijk, gaande van simpel overleg tussen de internationale vak- bondsfederatie en de onderneming tot complexe syste- men van interne monitoring. De beste en voornaamste bewakers van de naleving van die akkoorden zijn de le- den van de lokale vakbonden die aangesloten zijn bij de internationale vakbondsfederatie die het kaderakkoord ondertekend heeft.
[tekst volgt]
Nationale Arbeidswetgeving. Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit. Nullam rhoncus elementum congue. Duis massa augue, lacinia at nulla quis, pretium pulvinar urna.
ILO-Conventies lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit. Nullam rhoncus elementum congue. Duis massa augue, lacinia at nulla quis, pretium pulvinar urna. Cras malesuada lacus eget massa fringilla pulvinar. Integer et risus mollis, consectetur enim in, ultrices risus.
Schrijf je in voor de nieuwbsrief De nieuwsbrief van de Schone Kleren Campagne brengt je 4x per jaar op de hoogte van alles wat met schone kleren te maken heeft: actualiteit, campagnes, solidariteitsoproepen, aankooptips. Naam E-mail
Eén jaar geleden stortte het Rana Plazacomplex in Dhaka in, waarbij 1138 kledingarbeidsters om het leven kwamen en meer dan tweeduizend gewond raakten. Dit was de grootste ramp ooit in de kledingindustrie. Zo’n tweehonderd actievoerders van vakbonden en ngo’s plaatsten 1138 kaarsjes op de fontein van de Wapper, langs de Meir in Antwerpen.
Op 24 april 2013 werden de onmenselijke omstandigheden in de Bengaalse textielsector wereldwijd voorpaginanieuws. Bij de instorting van het Rana Plaza complex kwamen 1138 kledingarbeiders om en raakten nog eens duizenden anderen gewond. Minder dan een maand later sloten bekende kledingmerken, vakbonden en ngo’s – waaronder de Schone Kleren Campagne – het zogenaamde “Accord on Fire and Building Safety in Bangladesh”. De inmiddels meer dan 170 ondertekenende kledingmerken engageren zich tot een bindend programma om de veiligheid te verbeteren in de fabrieken die voor hen produceren.
Vandaag vielen actievoerders flauw voor de H&M-winkel in de Nieuwstraat te Brussel. Vergelijkbare feiten werden eerder deze week gemeld in London, Parijs, Kopenhagen en andere Europese steden. De Schone Kleren Campagne en haar Europese collega's willen hiermee de aandacht vestigen op het massaal flauwvallen van kledingarbeid(st)ers in kledingfabrieken in Cambodja die leveren aanr H&M, Zara, Gap en Levi Strauss. De arbeidsters vallen flauw omwille van ondervoeding, uitputting, stress en overwerk. Het loon dat de Cambodjaanse kledingarbeidsters verdienen, is immers niet voldoende om degelijke voeding van te kopen.